Vertaling van tippelen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
tippelen
tippelen
tippelen
tippelen
tippelen, trippen, trippelen {ww.}
tippelen
trippen
trippelen {ww.}

ik tippel
jij tippelt
hij/zij/het tippelt

ik tippel
jij tippelt
hij/zij/het tippelt
» meer vervoegingen van tippelen

lopen, wandelen, tippelen, aan de wandel zijn {ww.}
lopen
wandelen
tippelen
aan de wandel zijn {ww.}

ik loop
jij loopt
hij/zij/het loopt

ik loop
jij loopt
hij/zij/het loopt
» meer vervoegingen van lopen

Hij ging wandelen.
Hij ging wandelen.
Wil je echt wandelen?
Wil je echt wandelen?
tippelen {ww.}
tippelen {ww.}

ik tippel
jij tippelt
hij/zij/het tippelt

ik tippel
jij tippelt
hij/zij/het tippelt
» meer vervoegingen van tippelen



Gerelateerd aan tippelen

trippen - trippelen - lopen - wandelen - aan de wandel zijngaan - pezen