Vertaling van vluchten

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
vluchten {ww.}
vluchten {ww.}

ik vlucht
jij vlucht
hij/zij/het vlucht

ik vlucht
jij vlucht
hij/zij/het vlucht
» meer vervoegingen van vluchten

Wanneer ze in gevaar zijn, vluchten ze.
Wanneer ze in gevaar zijn, vluchten ze.
Veel vluchten werden geannuleerd als gevolg van de tyfoon.
Veel vluchten werden geannuleerd als gevolg van de tyfoon.
vluchten, knijpen, weglopen, vlieden, spankeren {ww.}
vluchten
knijpen
weglopen
vlieden
spankeren {ww.}

ik knijp
jij knijpt
hij/zij/het knijpt

ik vlucht
jij vlucht
hij/zij/het vlucht
» meer vervoegingen van vluchten

school, hoop, stel, vlucht (mv. vluchten), kudde, groep, zwerm, troep, set, schare, drift [v] {zn.}
school
hoop
stel
vlucht (mv. vluchten)
kudde
groep
zwerm
troep
set
schare
drift [v] {zn.}
Commentatoren hebben op verschillende wijzen het geluid van de vuvuzela beschreven als "vervelend" en "satanisch" en vergeleken met "een massale vlucht van olifanten", "…
Commentatoren hebben op verschillende wijzen het geluid van de vuvuzela beschreven als "vervelend" en "satanisch" en vergeleken met "een massale vlucht van olifanten", "…
Ik hoop van niet.
Ik hoop van niet.
vlucht (mv. vluchten), zeilbreedte, vleugelwijdte, spanwijdte {zn.}
vlucht (mv. vluchten)
zeilbreedte
vleugelwijdte
spanwijdte {zn.}
Sorry, de vlucht is vol.
Sorry, de vlucht is vol.
De tijd vlucht/vliegt
De tijd vlucht/vliegt
vlucht (mv. vluchten), zwerm {zn.}
vlucht (mv. vluchten)
zwerm {zn.}
Er is een directe vlucht van Tokyo naar Londen.
Er is een directe vlucht van Tokyo naar Londen.
Het uur vlucht, de tijd vliegt
Het uur vlucht, de tijd vliegt
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
ontvluchting [v], vlucht (mv. vluchten) {zn.}
ontvluchting [v]
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vliegtocht, vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vliegtocht
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) {zn.}
vlucht [m] (de ~), vliegreis [m] (de ~) {zn.}
vlucht [m] (de ~)
vliegreis [m] (de ~) {zn.}
vlucht [m] (de ~) {zn.}
vlucht [m] (de ~) {zn.}
vlucht [m] (de ~), spanwijdte [v] (de ~), vleugelwijdte [v] (de ~), vleugelbreedte {zn.}
vlucht [m] (de ~)
spanwijdte [v] (de ~)
vleugelwijdte [v] (de ~)
vleugelbreedte {zn.}
vlucht (mv. vluchten) [m] (de ~) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) [m] (de ~) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) [m] (de ~), wijk [m] (de ~) {zn.}
vlucht (mv. vluchten) [m] (de ~)
wijk [m] (de ~) {zn.}


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Wanneer ze in gevaar zijn, vluchten ze.

Wanneer ze in gevaar zijn, vluchten ze.

Veel vluchten werden geannuleerd als gevolg van de tyfoon.

Veel vluchten werden geannuleerd als gevolg van de tyfoon.


Gerelateerd aan vluchten

knijpen - weglopen - vlieden - spankeren - school - hoop - stel - vlucht - kudde - groep - zwerm - troep - set - schare - driftmijden - afnokken - reis - zwerm - wijdte - wijze - vertrek