Vertaling van wachten

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
wachten, verwachten, te wachten staan {ww.}
wachten
verwachten
te wachten staan {ww.}

ik verwacht
jij verwacht
hij/zij/het verwacht

ik wacht
jij wacht
hij/zij/het wacht
» meer vervoegingen van wachten

Het werk kan wachten.
Het werk kan wachten.
Hij zal op je wachten.
Hij zal op je wachten.
wachten {ww.}
wachten {ww.}

ik wacht
jij wacht
hij/zij/het wacht

ik wacht
jij wacht
hij/zij/het wacht
» meer vervoegingen van wachten

Vroeg Tom ons te wachten?
Vroeg Tom ons te wachten?
We moeten op hem wachten.
We moeten op hem wachten.
wachten, oppassen, waken, hoeden {ww.}
wachten
oppassen
waken
hoeden {ww.}

ik hoed
jij hoedt
hij/zij/het hoedt

ik wacht
jij wacht
hij/zij/het wacht
» meer vervoegingen van wachten

Laten de consuls oppassen
Laten de consuls oppassen
wachten, verwachten {ww.}
wachten
verwachten {ww.}

ik verwacht
jij verwacht
hij/zij/het verwacht

ik wacht
jij wacht
hij/zij/het wacht
» meer vervoegingen van wachten

Hoe lang moet je wachten?
Hoe lang moet je wachten?
wachten {ww.}
wachten {ww.}

ik wacht
jij wacht
hij/zij/het wacht

ik wacht
jij wacht
hij/zij/het wacht
» meer vervoegingen van wachten

wacht [m] (de ~), wachthuis {zn.}
wacht [m] (de ~)
wachthuis {zn.}
Wacht tot morgenochtend.
Wacht tot morgenochtend.
Wacht je ergens op?
Wacht je ergens op?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Het werk kan wachten.

Het werk kan wachten.

Hij zal op je wachten.

Hij zal op je wachten.

Vroeg Tom ons te wachten?

Vroeg Tom ons te wachten?

We moeten op hem wachten.

We moeten op hem wachten.

Hoe lang moet je wachten?

Hoe lang moet je wachten?

Zou u even kunnen wachten?

Zou u even kunnen wachten?

Ik kan alleen maar wachten.

Ik kan alleen maar wachten.

Vraag hem alstublieft om te wachten.

Vraag hem alstublieft om te wachten.

Hij heeft mij een uur laten wachten.

Hij heeft mij een uur laten wachten.

Ik zal hier wachten tot hij terugkomt.

Ik zal hier wachten tot hij terugkomt.

Zou ik wachten tot ze weer komt?

Zou ik wachten tot ze weer komt?

Men liet me een eeuwigheid wachten.

Men liet me een eeuwigheid wachten.

Ze waren moe van het wachten.

Ze waren moe van het wachten.

Laten wij hier wachten tot ze terugkomt.

Laten wij hier wachten tot ze terugkomt.

We moesten tien minuten op hem wachten.

We moesten tien minuten op hem wachten.


Gerelateerd aan wachten

verwachten - te wachten staan - oppassen - waken - hoeden - wacht - wachthuispasseren - achten - vertrouwen - pozen - gebouw