Betekenis van:
doorgeven

doorgeven
Werkwoord
  • verder geven
"(het zout) aan iemand doorgeven"

Hyperoniemen

Hyponiemen

doorgeven
Werkwoord
  • overbrengen
"iets aan iemand doorgeven"
"iemand doorgeven hoe (iets gedaan moet worden)"

Hyperoniemen

Hyponiemen

doorgeven
Werkwoord
  • iets wat men ontvangen heeft aan de volgende persoon geven
"Ik heb je boodschap doorgegeven aan mijn collega."

Voorbeeldzinnen

  1. Gezien ik hem morgen zal zien kan ik hem een boodschap doorgeven, als je dat wilt.
  2. Doorgeven van significante wijzigingen
  3. Doorgeven van informatie en gegevens
  4. Doorgeven van informatie over derivaten
  5. Doorgeven van informatie aan de IAEA (artikel 29)
  6. „uitgeschakelde toestand”: de toestand waarin een VAS een alarmconditie niet kan doorgeven aan alarmsignaalinrichtingen;
  7. Het samenstellen en doorgeven van nettotransacties aan de NCB is aanvaardbaar.
  8. Het kampeerterrein moet de resultaten jaarlijks doorgeven aan de bevoegde instantie die de aanvraag heeft beoordeeld.
  9. Het lichtdoorlatende gedeelte van retroflectoren die geen licht doorgeven wordt uitgesloten.
  10. het ontvangen en doorgeven van orders van beleggers met betrekking tot financiële instrumenten;
  11. Het ontvangen en doorgeven van orders met betrekking tot één of meer financiële instrumenten
  12. De contactpunten moeten deze informatie aan hun douaneautoriteiten doorgeven (zie bijzonderheden in hoofdstuk 8.3).
  13. „ingeschakelde toestand”: de toestand waarin een VAS een alarmconditie kan doorgeven aan alarmsignaalinrichtingen;
  14. de overheidsinstantie waarbij opmerkingen kunnen worden ingediend, en van het tijdschema voor het doorgeven van opmerkingen.
  15. Op verzoek van de Commissie moet een lidstaat ook alle overeenkomstig lid 1 geregistreerde gegevens doorgeven.