Vertaling van geloven in

Inhoud:

Nederlands
Engels
geloven, houden voor, menen {ww.}
to believe 
to accredit 
to account 
to deem

wij geloven
jullie geloven
zij geloven

we believe
you believe
they believe
» meer vervoegingen van to believe

Eerst zien, dan geloven.
To see is to believe.
Het is moeilijk te geloven.
It's hard to believe.
geloven aan, geloven in {ww.}
to believe in
Christenen geloven in Jesus Christus.
Christians believe in Jesus Christ.
Sommige mensen geloven in God, andere niet.
Some people believe in God and others don't.
achten, geloven, van mening zijn, vinden {ww.}
to think 
to see 
to reckon
to hold 
to feel 
to account 
to opine
to deem

wij geloven
jullie geloven
zij geloven

we think
you think
they think
» meer vervoegingen van to think

Wij vinden Venetië een fascinerende stad.
We think Venice a fascinating city.
Het is duidelijk dat de Amerikanen hun eigen probleem niet eens kunnen oplossen, dus hoe kunnen ze zichzelf bekwaam achten voor het aanpakken van problemen in de rest…
It is clear that the Americans can't even solve their own problems, so how can they possibly think themselves capable of dealing with the rest of the world's problems?
geloven {ww.}
to believe

wij geloven
jullie geloven
zij geloven

we believe
you believe
they believe
» meer vervoegingen van to believe

Ik kan het moeilijk geloven.
I can hardly believe it.
Ik kan mijn ogen niet geloven.
I can't believe my eyes.
geloven {ww.}
to believe in
Iedereen heeft iets nodig om in te geloven.
Everybody needs something to believe in.
Sommige mensen geloven in God en andere mensen niet.
Some people believe in God and other people don't.
aannemen, geloven {ww.}
to believe

wij geloven
jullie geloven
zij geloven

we believe
you believe
they believe
» meer vervoegingen van to believe

vertrouwen, betrouwen, verlaten, bouwen, leunen, rekenen, steunen, geloven {ww.}
to trust
to rely
to swear
to bank

wij geloven
jullie geloven
zij geloven

we trust
you trust
they trust
» meer vervoegingen van to trust

Hij heeft mijn vertrouwen misbruikt.
He abused my trust.
Eerlijk, ik kan hem niet vertrouwen.
Honestly, I can't trust him.
vermoeden, bevroeden, denken, geloven, menen {ww.}
to suspect
to surmise

wij geloven
jullie geloven
zij geloven

we suspect
you suspect
they suspect
» meer vervoegingen van to suspect

Ze beloven ons gouden bergen, maar ik heb zo het vermoeden dat we op de vervulling van die beloften kunnen wachten tot de dag dat Pasen en Pinksteren op één dag vallen.
They promise us the moon, but I suspect we can wait for the fulfillment of those promises till hell freezes over.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Christenen geloven in Jesus Christus.

Christians believe in Jesus Christ.

Sommige mensen geloven in God, andere niet.

Some people believe in God and others don't.

Sommige mensen geloven in God en andere mensen niet.

Some people believe in God and other people don't.


Gerelateerd aan geloven in

geloven - houden voor - menen - geloven aan - achten - van mening zijn - vinden - aannemen - vertrouwen - betrouwen - verlaten - bouwen - leunen - rekenen - steunenvermoeden - vinden - oordelen