Vertaling van steek

Inhoud:

Nederlands
Engels
steek {zn.}
stitch 
steek {zn.}
stitch 
steek, insectenbeet [m] (de ~), insektenbeet {zn.}
insect bite
sting
bite
prik, steek, stoot {zn.}
prick
sting 
stab 
steek {zn.}
hitch
steek [m] (de ~) {zn.}
stitch
steek [m] (de ~) {zn.}
stab
thrust
knife thrust
breisteek [m], maas, steek, strik {zn.}
mesh
stitch 
loop
steek [m] (de ~), punthoed {zn.}
cocked hat
indoen, steken, insteken {ww.}
to enter 
to insert
to put in
to input
to sheathe 

ik steek

I enter
» meer vervoegingen van to enter

leggen, steken, plaatsen, stellen, stoppen, zetten, doen {ww.}
to lay down
to place 
to put 
to put down
to lay 
to set 

ik steek

I place
» meer vervoegingen van to place

pikken, priemen, prikken, steken {ww.}
to pick 
to stab 
to sting 
to pierce 
to prick
to puncture 
to pique 
to stick 

ik steek

I pick
» meer vervoegingen van to pick

scheut [m] (de ~), pijnscheut [m] (de ~), steek [m] (de ~) {zn.}
twinge
stekeligheid, speldenprik, speldeprik, steek {zn.}
barb
dig
gibe
jibe
shaft
shot
slam
ondersteek [m] (de ~), beddenpan, beddepan, steek [m] (de ~) {zn.}
bedpan
priemen, steken {ww.}
to jab
to stab

ik steek

steken {ww.}
to lay
to place
to pose
to position
to put
to set

ik steek

steken {ww.}
to bite
to burn
to sting

ik steek

I bite
» meer vervoegingen van to bite

steken {ww.}
to shovel

ik steek

I shovel
» meer vervoegingen van to shovel

steken {ww.}
to bite
to prick
to sting

ik steek

I bite
» meer vervoegingen van to bite

doen, stoppen, steken {ww.}
to lay
to place
to pose
to position
to put
to set

ik steek

uitgraven, steken {ww.}
to cut into
to delve
to dig
to turn over

ik steek

I delve
» meer vervoegingen van to delve

steken {ww.}
to dig
to jab
to poke
to prod
to stab

ik steek

grieven, krenken, steken, kwetsen {ww.}
to bruise
to hurt
to injure
to offend
to spite
to wound

ik steek

I bruise
» meer vervoegingen van to bruise



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Steek de straat over.

Cross the street.

Steek je tong uit.

Stick out your tongue.

Laat me niet in de steek zoals de vorige keer.

Don't let me down like you did the other day.

Ze heeft haar kinderen in de steek gelaten.

She abandoned her children.

Steek de straat niet over wanneer het stoplicht rood is.

Don't cross the road while the signal is red.