Vertaling van milieu

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
omgeving [v], milieu, medium {zn.}
omgeving [v]
milieu
medium {zn.}
Pas op voor dieven in deze omgeving.
Pas op voor dieven in deze omgeving.
We worden beïnvloed door onze omgeving.
We worden beïnvloed door onze omgeving.
milieu, penoze [m] (de ~), onderwereld [m] (de ~) {zn.}
milieu
penoze [m] (de ~)
onderwereld [m] (de ~) {zn.}
leven [o] (het ~), wereld [m] (de ~), omgeving [v] (de ~), kring, scene [m] (de ~), leefwereld [m] (de ~), milieu [o] (het ~) {zn.}
leven [o] (het ~)
wereld [m] (de ~)
omgeving [v] (de ~)
kring
scene [m] (de ~)
leefwereld [m] (de ~)
milieu [o] (het ~) {zn.}
Iedereen kan een verschil maken in zijn eigen leven en daarmee gezamenlijk de wereld een betere plaats maken voor zichzelf en anderen om zich heen.
Iedereen kan een verschil maken in zijn eigen leven en daarmee gezamenlijk de wereld een betere plaats maken voor zichzelf en anderen om zich heen.
Hallo wereld!
Hallo wereld!
buurt [m] (de ~), omgeving [v] (de ~), milieu [o] (het ~), nabijheid [v] (de ~), kader [o] (het ~), omtrek [m] (de ~), omstreken [m] (de ~), omstreek, contreien [v] (de ~), contreie {zn.}
buurt [m] (de ~)
omgeving [v] (de ~)
milieu [o] (het ~)
nabijheid [v] (de ~)
kader [o] (het ~)
omtrek [m] (de ~)
omstreken [m] (de ~)
omstreek
contreien [v] (de ~)
contreie {zn.}
Ze wonen in de buurt.
Ze wonen in de buurt.
Mijn appartement is in de buurt.
Mijn appartement is in de buurt.


Gerelateerd aan milieu

omgeving - medium - penoze - onderwereld - leven - wereld - kring - scene - leefwereld - buurt - nabijheid - kader - omtrek - omstreken - omstreekmilieu - kring - gebied