Vertaling van toenemen
groter worden {ww.}
hij/zij/het zal toenemen
hij/zij/het zal toenemen
zij zult toenemen
hij/zij/het zal toenemen
hij/zij/het zal toenemen
zij zult toenemen
» meer vervoegingen van toenemen
toenemen
aanwakkeren {ww.}
ik zal aanwakkeren
jij zult aanwakkeren
hij/zij/het zal aanwakkeren
ik zal aanwakkeren
jij zult aanwakkeren
hij/zij/het zal aanwakkeren
» meer vervoegingen van aanwakkeren
stijgen
toenemen
aangroeien {ww.}
hij/zij/het zal aangroeien
hij/zij/het zal aangroeien
zij zult aangroeien
hij/zij/het zal groeien
hij/zij/het zou groeien
zij zullen groeien
» meer vervoegingen van groeien
toenemen
aangroeien {ww.}
hij/zij/het zal aangroeien
hij/zij/het zal aangroeien
zij zult aangroeien
hij/zij/het zal groeien
hij/zij/het zou groeien
zij zullen groeien
» meer vervoegingen van groeien
groeien
aanwassen
toenemen
gedijen {ww.}
hij/zij/het zal aanwassen
zij zult aanwassen
hij/zij/het zal aanwassen
hij/zij/het zal wassen
zij zullen wassen
hij/zij/het zou wassen
» meer vervoegingen van wassen