Vertaling van aanwakkeren

Inhoud:

Nederlands

werken op, verhitten, opwinden, prikkelen, aanwakkeren {ww.}

werken op
verhitten
opwinden
prikkelen
aanwakkeren {ww.}

ik zal aanwakkeren
ik zou aanwakkeren
jij zult aanwakkeren

ik zal verhitten
ik zou verhitten
jij zult verhitten
» meer vervoegingen van verhitten

aanzetten, verlevendigen, aanwakkeren, aanvuren {ww.}

aanzetten
verlevendigen
aanwakkeren
aanvuren {ww.}

ik zal aanvuren
jij zult aanvuren
hij/zij/het zal aanvuren

ik zal aanzetten
jij zult aanzetten
hij/zij/het zal aanzetten
» meer vervoegingen van aanzetten

Hij kwam ook met alweer een andere twijfelachtige conclusie aanzetten.

sterker worden, toenemen, aanwakkeren {ww.}

sterker worden
toenemen
aanwakkeren {ww.}

ik zal aanwakkeren
jij zult aanwakkeren
hij/zij/het zal aanwakkeren

ik zal aanwakkeren
jij zult aanwakkeren
hij/zij/het zal aanwakkeren
» meer vervoegingen van aanwakkeren

zwepen, opwekken, aanvuren, aanwakkeren, aansporen {ww.}

zwepen
opwekken
aanvuren
aanwakkeren
aansporen {ww.}

ik zal aansporen
ik zou aansporen
jij zult aansporen

ik zal zwepen
ik zou zwepen
jij zult zwepen
» meer vervoegingen van zwepen

aanwakkeren, aanjagen {ww.}

aanwakkeren
aanjagen {ww.}

ik zal aanjagen
jij zult aanjagen
hij/zij/het zal aanjagen

ik zal aanwakkeren
jij zult aanwakkeren
hij/zij/het zal aanwakkeren
» meer vervoegingen van aanwakkeren

opzetten, aanwakkeren {ww.}

opzetten
aanwakkeren {ww.}

ik zal aanwakkeren
ik zou aanwakkeren
jij zult aanwakkeren

ik zal opzetten
ik zou opzetten
jij zult opzetten
» meer vervoegingen van opzetten

Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.

Misschien moet jij dan een mondkapje opzetten.

prikkelen, opwinden, aanwakkeren, opwekken, activeren {ww.}

prikkelen
opwinden
aanwakkeren
opwekken
activeren {ww.}

ik zal aanwakkeren
ik zou aanwakkeren
jij zult aanwakkeren

ik zal prikkelen
ik zou prikkelen
jij zult prikkelen
» meer vervoegingen van prikkelen