Vertaling van wenden
zwenken
wentelen
wenden
ronddraaien
omdraaien
draaien {ww.}
ik draai
jij draait
hij/zij/het draait
ik keer
jij keert
hij/zij/het keert
» meer vervoegingen van keren
wenden
endosseren {ww.}
ik endosseer
jij endosseert
hij/zij/het endosseert
ik gireer
jij gireert
hij/zij/het gireert
» meer vervoegingen van gireren
gewennen
zich aanpassen
wennen {ww.}
ik gewende
jij gewende
hij/zij/het gewende
ik gewende
jij gewende
hij/zij/het gewende
» meer vervoegingen van gewennen
acclimatiseren
zich aanpassen
wennen {ww.}
ik acclimatiseerde
jij acclimatiseerde
hij/zij/het acclimatiseerde
ik acclimatiseerde
jij acclimatiseerde
hij/zij/het acclimatiseerde
» meer vervoegingen van acclimatiseren
gewoon maken
wennen {ww.}
ik wende aan
jij wende aan
hij/zij/het wende aan
ik wende aan
jij wende aan
hij/zij/het wende aan
» meer vervoegingen van aanwennen
gewend raken
wennen {ww.}
ik aardde
jij aardde
hij/zij/het aardde
ik aardde
jij aardde
hij/zij/het aardde
» meer vervoegingen van aarden
wenden {ww.}
bepalen
vervoegen
richten
wenden {ww.}