Betekenis van:
telg

telg (de ~ | meervoud telgen)
Zelfstandig naamwoord
  • afstammeling; mens als nazaat v.e. ander; afstammeling; afstammeling; afstammeling
"de jongste telg"
"een telg uit/van [een oud geslacht]"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

telg (de ~ | meervoud telgen)
Zelfstandig naamwoord
  • nieuw uitgelopen twijg

Synoniemen

Hyperoniemen