Vertaling van instruct

Inhoud:

Engels
Nederlands
to instruct, to brief {ww.}
instrueren

I instruct
you instruct
we instruct

ik instrueer
jij instrueert
wij instrueren
» meer vervoegingen van instrueren

to instruct, to notify, to summon {ww.}
aanschrijven

I instruct
you instruct
we instruct

ik schrijf aan
jij schrijft aan
wij schrijven aan
» meer vervoegingen van aanschrijven

to teach, to instruct {ww.}
leren
scholen
instrueren
bijbrengen 

I instruct
you instruct
we instruct

ik leer
jij leert
wij leren
» meer vervoegingen van leren

I can teach you how to fight.
Ik kan je leren vechten.
Can you teach me how to fly?
Kun je me leren vliegen?
to instruct {ww.}
instrueren

I instruct
you instruct
we instruct

ik instrueer
jij instrueert
wij instrueren
» meer vervoegingen van instrueren

to instruct, to learn, to teach {ww.}
lesgeven
onderwijzen
geven
onderrichten
doceren

I instruct
you instruct
we instruct

ik geef les
jij geeft les
wij geven les
» meer vervoegingen van lesgeven

To teach young children is not easy.
Lesgeven aan jonge kinderen is niet makkelijk.
Did Mr. Davis come to Japan to teach English?
Is meneer Davis naar Japan gekomen om Engels te onderwijzen?
to entrust, to assign, to charge, to commision, to instruct, to appoint, to authorize {ww.}
opdracht geven 
opdragen 
belasten met

I instruct
you instruct
we instruct

ik draag op
jij draagt op
wij dragen op
» meer vervoegingen van opdragen

to instruct, to learn, to teach {ww.}
aanleren

I instruct
you instruct
we instruct

ik leer aan
jij leert aan
wij leren aan
» meer vervoegingen van aanleren

Can you teach me how to steal?
Kunt ge mij het stelen aanleren?
to instruct, to learn, to teach {ww.}
leren
bijbrengen

I instruct
you instruct
we instruct

ik leer
jij leert
wij leren
» meer vervoegingen van leren

That men do not learn very much from the lessons of history is the most important of all the lessons that history has to teach.
Dat mensen niet veel leren van de lessen uit het verleden is de belangrijkste les die het verleden ons te leren heeft.
I want to learn how to swim.
Ik wil leren zwemmen.


Gerelateerd aan instruct

brief - notify - summon - teach - learn - entrust - assign - charge - commision - appoint - authorizeinstruct - act - alter