Vertaling van de

Inhoud:

Nederlands
Engels
de, het, 't {lidw.}
the 
 {ww.}
to mourn
aansporen, aandrijven, aanmanen, aanporren, instigeren, manen, pramen, drijven, zetten, aanzetten, , aanjagen {ww.}
to urge on
to press
to urge
to exhort
 {ww.}
to go
to last
to live
to live on
to survive
to endure
to hold out
to hold up
belasteren, bekladden, bezwadderen, lasteren, schandaliseren, zwartmaken,  {ww.}
to libel


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

De politieman arresteerde de inbreker.

The policemen arrested the burglar.

De pot verwijt de ketel.

The pot calls the kettle black.

De politieagent bestuurt de auto.

The policeman is driving the car.

De kaarsen verlichtten de kamer.

The candles made the room light.

De dokter onderzocht de patiënten.

The doctor examined the patients.

De gelegenheid maakt de dief.

Opportunity makes the thief

De middelvinger is de langste.

The middle finger is the longest.

De gelegenheid maakt de dief.

Opportunity makes a thief.

De politieman achtervolgde de inbreker.

The policeman chased the burglar.

De regering van de Verenigde Staten heeft drie machten: De uitvoerende, de wetgevende en de rechterlijke.

The U.S. government has three branches: the executive, the legislative, and the judicial.

In de meeste verkiezingen wint de kandidaat met de meerderheid van de stemmen de verkiezing.

In most elections, whichever candidate gets the majority of the votes, wins the election.

De wens is de vader van de gedachte.

The desire is the father of the thought.

De kerk is juist aan de overkant van de straat.

The church is just across the street.

De Heilige Schrift van de moslims is de Koran.

The holy book of Muslims is Qur'an.

De sneeuw heeft de hele stad bedekt gedurende de nacht.

The snow covered the whole city overnight.