Vertaling van afmaken
uitmaken
beëindigen
afmaken
voleindigen
afsluiten {ww.}
ik zal afmaken
jij zult afmaken
hij/zij/het zal afmaken
ik zal besluiten
jij zult besluiten
hij/zij/het zal besluiten
» meer vervoegingen van besluiten
ontdoen {ww.}
ik zal afmaken
ik zou afmaken
jij zult afmaken
ik zal afmaken
ik zou afmaken
jij zult afmaken
» meer vervoegingen van afmaken
afslachten
neersabelen {ww.}
ik zal afmaken
jij zult afmaken
hij/zij/het zal afmaken
ik zal afmaken
jij zult afmaken
hij/zij/het zal afmaken
» meer vervoegingen van afmaken
uitmoorden
afslachten
moorden {ww.}
ik zal afmaken
ik zou afmaken
jij zult afmaken
ik zal afmaken
ik zou afmaken
jij zult afmaken
» meer vervoegingen van afmaken
ik zal afmaken
jij zult afmaken
hij/zij/het zal afmaken
ik zal afmaken
jij zult afmaken
hij/zij/het zal afmaken
» meer vervoegingen van afmaken
killen {ww.}
ik zal afmaken
jij zult afmaken
hij/zij/het zal afmaken
ik zal afmaken
jij zult afmaken
hij/zij/het zal afmaken
» meer vervoegingen van afmaken
afmaken
afronden
afkrijgen
voltooien
voleindigen
voleinden
klaarkrijgen {ww.}
ik zal afkrijgen
jij zult afkrijgen
hij/zij/het zal afkrijgen
ik zal volbrengen
jij zult volbrengen
hij/zij/het zal volbrengen
» meer vervoegingen van volbrengen