Vertaling van kweek
kweeksel {zn.}
kweek {zn.}
grootbrengen
kweken
opleiden
opvoeden {ww.}
ik dresseer
jij dresseert
hij/zij/het dresseert
ik dresseer
jij dresseert
hij/zij/het dresseert
» meer vervoegingen van dresseren
beschaven
kweken
aankweken
telen
verbouwen {ww.}
ik kweek aan
jij kweekt aan
hij/zij/het kweekt aan
ik bebouw
jij bebouwt
hij/zij/het bebouwt
» meer vervoegingen van bebouwen
bewerken
kweken {ww.}
ik bebouw
jij bebouwt
hij/zij/het bebouwt
ik bebouw
jij bebouwt
hij/zij/het bebouwt
» meer vervoegingen van bebouwen
bouw
verbouw
teelt
teling
kweek {zn.}
kweek
bacteriekweek
bacteriecultuur {zn.}
grootbrengen
opvoeden {ww.}
ik breng groot
jij brengt groot
hij/zij/het brengt groot
ik kweek
jij kweekt
hij/zij/het kweekt
» meer vervoegingen van kweken
ik kweek
jij kweekt
hij/zij/het kweekt
ik kweek
jij kweekt
hij/zij/het kweekt
» meer vervoegingen van kweken
ik kweek
jij kweekt
hij/zij/het kweekt
ik kweek
jij kweekt
hij/zij/het kweekt
» meer vervoegingen van kweken