Vertaling van bouw
bouw
opbouw
constructie {zn.}
bouw
constructie {zn.}
bouw
verbouw
teelt {zn.}
bouw
beschaving
teelt
verbouwing {zn.}
bouw
samenstelling
constructie {zn.}
timmeren
opbouwen {ww.}
ik bouw
jij bouwt
hij/zij/het bouwt
ik bouw
jij bouwt
hij/zij/het bouwt
» meer vervoegingen van bouwen
bouwen
construeren {ww.}
ik leg aan
jij legt aan
hij/zij/het legt aan
ik leg aan
jij legt aan
hij/zij/het legt aan
» meer vervoegingen van aanleggen
ik bouw
jij bouwt
hij/zij/het bouwt
ik bouw
jij bouwt
hij/zij/het bouwt
» meer vervoegingen van bouwen
verlaten
vertrouwen
bouwen
rekenen
steunen
leunen
betrouwen {ww.}
ik betrouw
jij betrouwt
hij/zij/het betrouwt
ik geloof
jij gelooft
hij/zij/het gelooft
» meer vervoegingen van geloven
Voorbeelden in zinsverband
Handhaaf en bouw", "Behou en bou
Handhaaf en bouw", "Behou en bou
In Nederland is het de gewoonte dat, wanneer bij de bouw van een huis het hoogste punt bereikt is en de dakpannen gelegd kunnen worden, de opdrachtgever de bouwvakkers op zogenaamd "pannenbier" trakteert om dit te vieren. Er wordt dan een vlag in de nok van het huis geplaatst. Is de opdrachtgever te gierig om te trakteren, dan wordt geen vlag, maar een bezem geplaatst.
In Nederland is het de gewoonte dat, wanneer bij de bouw van een huis het hoogste punt bereikt is en de dakpannen gelegd kunnen worden, de opdrachtgever de bouwvakkers op zogenaamd "pannenbier" trakteert om dit te vieren. Er wordt dan een vlag in de nok van het huis geplaatst. Is de opdrachtgever te gierig om te trakteren, dan wordt geen vlag, maar een bezem geplaatst.