Vertaling van last
overlast
hinder
gêne
verstoring
storing
stoornis {zn.}
vracht
lading {zn.}
vracht
lading {zn.}
overlast
hinder {zn.}
scheepsvracht
carga
cargo
scheepslading {zn.}
wellen {ww.}
ik las
jij last
hij/zij/het last
ik las
jij last
hij/zij/het last
» meer vervoegingen van lassen
last
drang
belasting {zn.}
last {zn.}
last
transport
vracht {zn.}
lassen
liëren
voegen {ww.}
ik las
jij last
hij/zij/het last
ik verbind
jij verbindt
hij/zij/het verbindt
» meer vervoegingen van verbinden
ik las
jij last
hij/zij/het last
ik las
jij last
hij/zij/het last
» meer vervoegingen van lassen
Voorbeelden in zinsverband
Tom heeft last van financiële stress.
Tom heeft last van financiële stress.
Tot op zekere hoogte hebben we er allemaal last van.
Tot op zekere hoogte hebben we er allemaal last van.
Ik wil je niet tot last zijn met mijn problemen.
Ik wil je niet tot last zijn met mijn problemen.
Behalve van een verstopte neus, heb ik ook last van verhoging.
Behalve van een verstopte neus, heb ik ook last van verhoging.