Vertaling van lijsten

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
lijst (mv. lijsten), schilderijlijst {zn.}
lijst (mv. lijsten)
schilderijlijst {zn.}
Jouw naam staat bovenaan de lijst.
Jouw naam staat bovenaan de lijst.
Mijn taal staat niet op de lijst!
Mijn taal staat niet op de lijst!
staat, lijst (mv. lijsten), tabel, loonstaat, borderel [o] {zn.}
staat
lijst (mv. lijsten)
tabel
loonstaat
borderel [o] {zn.}
Ze staat vroeg op.
Ze staat vroeg op.
Zijn pruik staat scheef.
Zijn pruik staat scheef.
tafel [v], lijst (mv. lijsten), tabel {zn.}
tafel [v]
lijst (mv. lijsten)
tabel {zn.}
Hij zit aan tafel.
Hij zit aan tafel.
Deze tafel wiebelt.
Deze tafel wiebelt.
omlijsting [v], kader, lijst (mv. lijsten), raam {zn.}
omlijsting [v]
kader
lijst (mv. lijsten)
raam {zn.}
lijst (mv. lijsten), rand {zn.}
lijst (mv. lijsten)
rand {zn.}
ceel, cedel, lijst (mv. lijsten), rol {zn.}
ceel
cedel
lijst (mv. lijsten)
rol {zn.}
lijst (mv. lijsten), rand, richel {zn.}
lijst (mv. lijsten)
rand
richel {zn.}
encadreren, lijsten, inlijsten {ww.}
encadreren
lijsten
inlijsten {ww.}

ik encadreer
jij encadreert
hij/zij/het encadreert

ik encadreer
jij encadreert
hij/zij/het encadreert
» meer vervoegingen van encadreren

lijst [m] (de ~), raamwerk [o] (het ~) {zn.}
lijst [m] (de ~)
raamwerk [o] (het ~) {zn.}
Vind je de lijst van dit schilderij mooi?
Vind je de lijst van dit schilderij mooi?
Zet je naam op de lijst en geef hem door aan de volgende persoon.
Zet je naam op de lijst en geef hem door aan de volgende persoon.
raam [o] (het ~), lijst [m] (de ~), raamwerk, omkadering, kader [o] (het ~) {zn.}
raam [o] (het ~)
lijst [m] (de ~)
raamwerk
omkadering
kader [o] (het ~) {zn.}
Het raam is open.
Het raam is open.
Mag ik het raam opendoen?
Mag ik het raam opendoen?
lijst [m] (de ~) {zn.}
lijst [m] (de ~) {zn.}
We presenteren hier een lijst met vaak gestelde vragen over Esperanto.
We presenteren hier een lijst met vaak gestelde vragen over Esperanto.
lijst [m] (de ~) {zn.}
lijst [m] (de ~) {zn.}


Gerelateerd aan lijsten

lijst - schilderijlijst - staat - tabel - loonstaat - borderel - tafel - omlijsting - kader - raam - rand - ceel - cedel - rol - richelstellen - omlijsting - raamwerk - omtrek - opsomming - rand - sprong