Vertaling van merken
bemerken
waarnemen
vernemen
gewaar worden {ww.}
ik bemerk
jij bemerkt
hij/zij/het bemerkt
ik merk
jij merkt
hij/zij/het merkt
» meer vervoegingen van merken
merken {ww.}
ik merk
jij merkt
hij/zij/het merkt
ik teken
jij tekent
hij/zij/het tekent
» meer vervoegingen van tekenen
aftekenen
kenmerken
markeren {ww.}
ik teken af
jij tekent af
hij/zij/het tekent af
ik merk
jij merkt
hij/zij/het merkt
» meer vervoegingen van merken
merken
opmerken {ww.}
ik bemerk
jij bemerkt
hij/zij/het bemerkt
ik bemerk
jij bemerkt
hij/zij/het bemerkt
» meer vervoegingen van bemerken
aangeven
merken
aanduiden
kenmerken
een teken geven {ww.}
ik duid aan
jij duidt aan
hij/zij/het duidt aan
ik teken
jij tekent
hij/zij/het tekent
» meer vervoegingen van tekenen
bemerken
gewaarworden {ww.}
ik bemerk
jij bemerkt
hij/zij/het bemerkt
ik merk
jij merkt
hij/zij/het merkt
» meer vervoegingen van merken
merkteken {zn.}
trade-mark
merknaam
handelsnaam
handelsmerk
fabrieksmerk {zn.}