Vertaling van reiken tot
inhalen
reiken tot
behalen {ww.}
zich uitstrekken
reiken {ww.}
ik loop
ik zal lopen
ik zou lopen
ik loop
ik zal lopen
ik zou lopen
» meer vervoegingen van lopen
ter hand stellen
aanreiken {ww.}
ik reik aan
jij reikt aan
hij/zij/het reikt aan
ik overhandig
jij overhandigt
hij/zij/het overhandigt
» meer vervoegingen van overhandigen
doorbrengen
verdrijven
aanreiken {ww.}
ik geef aan
jij geeft aan
hij/zij/het geeft aan
ik geef aan
jij geeft aan
hij/zij/het geeft aan
» meer vervoegingen van aangeven
voldoen
toereikend zijn
voldoende zijn
toereiken {ww.}
ik reik toe
jij reikt toe
hij/zij/het reikt toe
ik volsta
jij volstaat
hij/zij/het volstaat
» meer vervoegingen van volstaan
verdelen
uitreiken
rondgeven
ronddelen {ww.}
ik deel rond
jij deelt rond
hij/zij/het deelt rond
ik deel uit
jij deelt uit
hij/zij/het deelt uit
» meer vervoegingen van uitdelen
verstrekken
uitreiken {ww.}
ik reik uit
jij reikt uit
hij/zij/het reikt uit
ik verschaf
jij verschaft
hij/zij/het verschaft
» meer vervoegingen van verschaffen
aangeven
toereiken
overbrengen
afdragen
aanreiken {ww.}
ik geef aan
jij geeft aan
hij/zij/het geeft aan
ik geef over
jij geeft over
hij/zij/het geeft over
» meer vervoegingen van overgeven