Vertaling van vat

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
vat [o], ton [v], fust [o] {zn.}
vat [o]
ton [v]
fust [o] {zn.}
Je vat alles te letterlijk op.
Je vat alles te letterlijk op.
Ik kan maar geen vat krijgen op moderne sculptuur.
Ik kan maar geen vat krijgen op moderne sculptuur.
vat [o] {zn.}
vat [o] {zn.}
Sluit het raam om te voorkomen dat je kou vat.
Sluit het raam om te voorkomen dat je kou vat.
Vat je punten kort samen aan het einde van de speech.
Vat je punten kort samen aan het einde van de speech.
vat [o], vaas, pot, pul {zn.}
vat [o]
vaas
pot
pul {zn.}
Deze vaas is van ijzer.
Deze vaas is van ijzer.
De pot verwijt de ketel.
De pot verwijt de ketel.
vat [o] {zn.}
vat [o] {zn.}
“De economie drijft landen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan uit elkaar”: zo vat La Stampa de gevolgen samen van recente uitspraken van Barack Obama. Daarin…
“De economie drijft landen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan uit elkaar”: zo vat La Stampa de gevolgen samen van recente uitspraken van Barack Obama. Daarin…
vat [o], greep, slag [m], inname {zn.}
vat [o]
greep
slag [m]
inname {zn.}
Hij greep me bij mijn kraag.
Hij greep me bij mijn kraag.
De jongen greep de hond bij de staart.
De jongen greep de hond bij de staart.
doos [v], fles [v], zak, vat [o], emmer, pot [m], kist [v], korf [m], urn, kruik, krat [o], koker [m], foedraal [o], etui [o], bak [m] {zn.}
doos [v]
fles [v]
zak
vat [o]
emmer
pot [m]
kist [v]
korf [m]
urn
kruik
krat [o]
koker [m]
foedraal [o]
etui [o]
bak [m] {zn.}
Leg alles in mijn korf.
Leg alles in mijn korf.
De emmer was vol water.
De emmer was vol water.
vatten, grijpen, beetpakken {ww.}
vatten
grijpen
beetpakken {ww.}

ik pak beet
jij pakt beet
hij/zij/het pakt beet

ik vat
jij vat
hij/zij/het vat
» meer vervoegingen van vatten

Je moet de koe bij de horens vatten!
Je moet de koe bij de horens vatten!
Je moet de koe bij de horens vatten.
Je moet de koe bij de horens vatten.
vatten, in een lijst zetten, inlijsten {ww.}
vatten
in een lijst zetten
inlijsten {ww.}

ik lijst in
jij lijst in
hij/zij/het lijst in

ik vat
jij vat
hij/zij/het vat
» meer vervoegingen van vatten

aanvatten, nemen, oprapen, pakken, vatten {ww.}
aanvatten
nemen
oprapen
pakken
vatten {ww.}

ik vat aan
jij vat aan
hij/zij/het vat aan

ik vat aan
jij vat aan
hij/zij/het vat aan
» meer vervoegingen van aanvatten

begrijpen, beseffen, bevatten, snappen, vatten, verstaan {ww.}
begrijpen
beseffen
bevatten
snappen
vatten
verstaan {ww.}

ik begrijp
jij begrijpt
hij/zij/het begrijpt

ik begrijp
jij begrijpt
hij/zij/het begrijpt
» meer vervoegingen van begrijpen

beetkrijgen, beetnemen, pakken, vangen, vastpakken, vatten {ww.}
beetkrijgen
beetnemen
pakken
vangen
vastpakken
vatten {ww.}

ik krijg beet
jij krijgt beet
hij/zij/het krijgt beet

ik krijg beet
jij krijgt beet
hij/zij/het krijgt beet
» meer vervoegingen van beetkrijgen



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Je vat alles te letterlijk op.

Je vat alles te letterlijk op.

Ik kan maar geen vat krijgen op moderne sculptuur.

Ik kan maar geen vat krijgen op moderne sculptuur.

Sluit het raam om te voorkomen dat je kou vat.

Sluit het raam om te voorkomen dat je kou vat.

Vat je punten kort samen aan het einde van de speech.

Vat je punten kort samen aan het einde van de speech.

“De economie drijft landen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan uit elkaar”: zo vat La Stampa de gevolgen samen van recente uitspraken van Barack Obama. Daarin beweerde de Amerikaanse president dat de magere groeiperspectieven van de Verenigde Staten toe te schrijven zijn aan de slechte wijze waarop de eurocrisis wordt bestreden.

“De economie drijft landen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan uit elkaar”: zo vat La Stampa de gevolgen samen van recente uitspraken van Barack Obama. Daarin beweerde de Amerikaanse president dat de magere groeiperspectieven van de Verenigde Staten toe te schrijven zijn aan de slechte wijze waarop de eurocrisis wordt bestreden.


Gerelateerd aan vat

ton - fust - vaas - pot - pul - greep - slag - inname - doos - fles - zak - emmer - kist - korf - urn