Betekenis van:
bevinden

bevinden

Werkwoord

"Zij allen sliepen samen in één kamer, waarin hun bedden zich zij aan zij bevonden."

bevinden

Werkwoord

"Dit certifikaat moet bevestigen dat de dieren bij het laden, onderzocht werden en gezond bevonden werden."

bevinden

Werkwoord

"iemand (voor) een ambt waardig bevinden"

"goed bevinden"

De meetpunten bevinden zich:
Lidstaat waar de producten zich bevinden of zullen bevinden
ze zich in bagage bevinden:
Die productieplaatsen bevinden zich in de Elzas.
de plaats waar de goederen zich bevinden;
Gebouwen die zich bij installaties bevinden
zich in een spermacentrum bevinden waar:
Ontbreken of bevinden zich in slechte staat.
waar de verankeringspunten zich bevinden, en
het zich in het luchtvaartuig bevinden;
De reagenspeilindicator moet zich vlak bij de brandstofpeilindicator bevinden.
De gesloten systemen moeten zich binnen een gecontroleerde zone bevinden
Het bedieningsvoorschrift moet zich naast de alarmmelder bevinden.
„kelderkast”: koelapparaat waarin zich één of meer kelderruimten bevinden;
De aanvullende symbolen moeten zich diametraal tegenover het goedkeuringsnummer bevinden.