Vertaling van bevatten
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
bevatten, inhouden, behelzen {ww.}
bevatten
inhouden
behelzen {ww.}
inhouden
behelzen {ww.}
hij/zij/het behelst
zij behelzen
hij/zij/het behelsde
hij/zij/het bevat
zij bevatten
hij/zij/het bevatte
» meer vervoegingen van bevatten
Zuur reageert op dingen die metaal bevatten.
Zuur reageert op dingen die metaal bevatten.
houden, bevatten, vervatten, inhouden {ww.}
houden
bevatten
vervatten
inhouden {ww.}
bevatten
vervatten
inhouden {ww.}
ik bevat
jij bevat
hij/zij/het bevat
ik houd
jij houdt
hij/zij/het houdt
» meer vervoegingen van houden
Rechts houden.
Rechts houden.
Laten we koffiepauze houden.
Laten we koffiepauze houden.
begrijpen, verstaan, vatten, bevatten, snappen, beseffen {ww.}
begrijpen
verstaan
vatten
bevatten
snappen
beseffen {ww.}
verstaan
vatten
bevatten
snappen
beseffen {ww.}
ik begrijp
jij begrijpt
hij/zij/het begrijpt
ik begrijp
jij begrijpt
hij/zij/het begrijpt
» meer vervoegingen van begrijpen
Niemand kan hem begrijpen.
Niemand kan hem begrijpen.
Ze wilde het begrijpen.
Ze wilde het begrijpen.
bevatten {ww.}
bevatten {ww.}
ik bevat
jij bevat
hij/zij/het bevat
ik bevat
jij bevat
hij/zij/het bevat
» meer vervoegingen van bevatten
weten, begrijpen, verstaan, volgen, vatten, bevatten, snappen, doorhebben {ww.}
weten
begrijpen
verstaan
volgen
vatten
bevatten
snappen
doorhebben {ww.}
begrijpen
verstaan
volgen
vatten
bevatten
snappen
doorhebben {ww.}
ik begrijp
jij begrijpt
hij/zij/het begrijpt
ik weet
jij weet
hij/zij/het weet
» meer vervoegingen van weten
Je moet de koe bij de horens vatten!
Je moet de koe bij de horens vatten!
Je moet de koe bij de horens vatten.
Je moet de koe bij de horens vatten.