Vertaling van dorst

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
dorst [m] {zn.}
dorst [m] {zn.}
Ik heb dorst.
Ik heb dorst.
Hebben jullie geen dorst?
Hebben jullie geen dorst?
Dorst {eigenn.}
Dorst {eigenn.}
dorst [m] (de ~) {zn.}
dorst [m] (de ~) {zn.}
Ik heb dorst
Ik heb dorst
Het lijkt erop dat je hond dorst heeft.
Het lijkt erop dat je hond dorst heeft.
afrossen, dorsen, afranselen {ww.}
afrossen
dorsen
afranselen {ww.}

ik ransel af
jij ranselt af
hij/zij/het ranselt af

ik ros af
jij rost af
hij/zij/het rost af
» meer vervoegingen van afrossen

honger [m] (de ~), dorst [m] (de ~), koorts, zucht [m] (de ~), begeerte [v] (de ~) {zn.}
honger [m] (de ~)
dorst [m] (de ~)
koorts
zucht [m] (de ~)
begeerte [v] (de ~) {zn.}
Hij zei dat hij honger had en voegde daaraan toe dat hij ook dorst had.
Hij zei dat hij honger had en voegde daaraan toe dat hij ook dorst had.
Ik heb honger.
Ik heb honger.
hongeren, snakken, reikhalzen, hunkeren, haken, dorsten, smachten {ww.}
hongeren
snakken
reikhalzen
hunkeren
haken
dorsten
smachten {ww.}

ik dorst
jij dorst
hij/zij/het dorst

ik honger
jij hongert
hij/zij/het hongert
» meer vervoegingen van hongeren

Te veel jonge meisjes hongeren zichzelf uit om er als de modellen in tijdschriften uit te zien.
Te veel jonge meisjes hongeren zichzelf uit om er als de modellen in tijdschriften uit te zien.
dorsen {ww.}
dorsen {ww.}

ik dors
jij dorst
hij/zij/het dorst

ik dors
jij dorst
hij/zij/het dorst
» meer vervoegingen van dorsen



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Ik heb dorst.

Ik heb dorst.

Hebben jullie geen dorst?

Hebben jullie geen dorst?

Ik heb dorst

Ik heb dorst

Het lijkt erop dat je hond dorst heeft.

Het lijkt erop dat je hond dorst heeft.

Ik heb dorst. Ik had graag een kopje koffie.

Ik heb dorst. Ik had graag een kopje koffie.

Je moet altijd een appeltje voor de dorst sparen.

Je moet altijd een appeltje voor de dorst sparen.

Hij zei dat hij honger had en voegde daaraan toe dat hij ook dorst had.

Hij zei dat hij honger had en voegde daaraan toe dat hij ook dorst had.

Tegen het einde van de excursie hadden we al erg veel dorst.

Tegen het einde van de excursie hadden we al erg veel dorst.

De dorst naar roem is groter dan die naar dapperheid

De dorst naar roem is groter dan die naar dapperheid


Gerelateerd aan dorst

Dorst - afrossen - dorsen - afranselen - honger - koorts - zucht - begeerte - hongeren - snakken - reikhalzen - hunkeren - haken - dorsten - smachtenbehoefte - verlangen - begeren - bewerken