Vertaling van overgeven
aangeven
toereiken
overbrengen
afdragen
aanreiken {ww.}
ik zal aangeven
jij zult aangeven
hij/zij/het zal aangeven
ik zal overgeven
jij zult overgeven
hij/zij/het zal overgeven
» meer vervoegingen van overgeven
braken
vomeren
spugen
kotsen {ww.}
ik zal braken
jij zult braken
hij/zij/het zal braken
ik zal overgeven
jij zult overgeven
hij/zij/het zal overgeven
» meer vervoegingen van overgeven
zwichten
platgaan
cederen
capituleren
bezwijken {ww.}
ik zal bezwijken
jij zult bezwijken
hij/zij/het zal bezwijken
ik zal overgeven
jij zult overgeven
hij/zij/het zal overgeven
» meer vervoegingen van overgeven
ik zal overgeven
ik zou overgeven
jij zult overgeven
ik zal overgeven
ik zou overgeven
jij zult overgeven
» meer vervoegingen van overgeven
spuwen
braken
spugen
vomeren
kotsen {ww.}
ik zal braken
jij zult braken
hij/zij/het zal braken
ik zal overgeven
jij zult overgeven
hij/zij/het zal overgeven
» meer vervoegingen van overgeven
capituleren {ww.}
ik zal capituleren
jij zult capituleren
hij/zij/het zal capituleren
ik zal overgeven
jij zult overgeven
hij/zij/het zal overgeven
» meer vervoegingen van overgeven
overdelen {ww.}
ik zal overdelen
ik zou overdelen
jij zult overdelen
ik zal overgeven
ik zou overgeven
jij zult overgeven
» meer vervoegingen van overgeven
overgeven
overlaten {ww.}
ik zal laten
ik zou laten
jij zult laten
ik zal laten
ik zou laten
jij zult laten
» meer vervoegingen van laten
Voorbeelden in zinsverband
Ik moest overgeven.
Ik moest overgeven.
Liefde overwint alles (laten wij ons ook overgeven)
Liefde overwint alles (laten wij ons ook overgeven)