Vertaling van verlaten
laten varen
in de steek laten {ww.}
ik verlaat
jij verlaat
hij/zij/het verlaat
ik verlaat
jij verlaat
hij/zij/het verlaat
» meer vervoegingen van verlaten
ik verlaat
jij verlaat
hij/zij/het verlaat
ik verlaat
jij verlaat
hij/zij/het verlaat
» meer vervoegingen van verlaten
opgeven
loslaten
prijsgeven
abandonneren {ww.}
ik abandonneer
jij abandonneert
hij/zij/het abandonneert
ik verlaat
jij verlaat
hij/zij/het verlaat
» meer vervoegingen van verlaten
ruimen {ww.}
ik ruim
jij ruimt
hij/zij/het ruimt
ik verlaat
jij verlaat
hij/zij/het verlaat
» meer vervoegingen van verlaten
eenzaam
uitgestorven
verlaten
woest {bn.}
onbewoond
verlaten {bn.}
enig
louter
verlaten {bn.}
onbemand
onbevolkt
onbewoond
uitgestorven
verlaten {bn.}
verlaten
vertrouwen
bouwen
rekenen
steunen
leunen
betrouwen {ww.}
ik betrouw
jij betrouwt
hij/zij/het betrouwt
ik geloof
jij gelooft
hij/zij/het gelooft
» meer vervoegingen van geloven
Voorbeelden in zinsverband
Ik moet je verlaten.
Ik moet je verlaten.
Ik zal u nooit verlaten.
Ik zal u nooit verlaten.
Hij heeft Afrika voorgoed verlaten.
Hij heeft Afrika voorgoed verlaten.
Wij verlaten zeker en vast dit land.
Wij verlaten zeker en vast dit land.
Ik aarzelde om zijn graf te verlaten.
Ik aarzelde om zijn graf te verlaten.
Hij lijkt het land verlaten te hebben.
Hij lijkt het land verlaten te hebben.
De stad was verlaten door haar inwoners.
De stad was verlaten door haar inwoners.
De stad was verlaten door z'n inwoners.
De stad was verlaten door z'n inwoners.
Je zal deze kamer niet verlaten zonder mijn toelating.
Je zal deze kamer niet verlaten zonder mijn toelating.
Ze heeft het ziekenhuis een uur geleden verlaten.
Ze heeft het ziekenhuis een uur geleden verlaten.
Tom beloofde Mary dat hij haar nooit zou verlaten.
Tom beloofde Mary dat hij haar nooit zou verlaten.
Er stond een verlaten auto naast de rivier.
Er stond een verlaten auto naast de rivier.
Hij beval mij de kamer onmiddelijk te verlaten.
Hij beval mij de kamer onmiddelijk te verlaten.
Ik zou graag dit dorp verlaten en nooit meer terugkeren.
Ik zou graag dit dorp verlaten en nooit meer terugkeren.
Wil je me beloven dat je me nooit zal verlaten?
Wil je me beloven dat je me nooit zal verlaten?