Betekenis van:
buizen

buizen
Werkwoord
  • niet slagen bij een examen
"de boot buisde flink en iedereen was kletsnat"

Synoniemen

Hyperoniemen

buizen
Werkwoord
  • een buis in de school geven
buizen
Werkwoord
  • een buis in de school krijgen
buizen
Werkwoord
  • zakken; zuipen

Synoniemen

Hyperoniemen

buis (de ~ | meervoud buizen)
Zelfstandig naamwoord
  • ontvangsttoestel voor tv-uitzendingen; televisie; toestel voor ontvangst van televisie; (informeel) televisietoestel
"voor de buis hangen"
"aan de buis gekluisterd zijn"

Synoniemen

Hyperoniemen

buis (de ~ | meervoud buizen)
Zelfstandig naamwoord
  • laag cijfer; onvoldoende
"een buis voor [wiskunde]"
"een buis krijgen"

Synoniemen

Hyperoniemen

buis (het ~ | meervoud buizen)
Zelfstandig naamwoord
  • jasje

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. buizen
  2. twee buizen
  3. andere buizen
  4. Buizen voor microscoop
  5. buizen en pijpen”:
  6. Kwikdamplampen en -buizen
  7. buizen, leidingen, hoofdleidingen, enz.
  8. buizen met frequency agility;
  9. Gloeilampen-, buizen- en verlichtingsartikelenfabrieken
  10. buizen voor televisiecamera’s
  11. buizen en hulpstukken daarvoor
  12. Buizen van koper
  13. Detectieapparatuur voor metalen buizen
  14. andere buizen en slangen
  15. Buizen van nikkel