Vertaling van gift

Inhoud:

Engels
Nederlands
gift {zn.}
cadeau [o]
geschenk  [o]
gift [v]
gave  [v]
Is this gift Laura's?
Is dit Laura's geschenk?
Thank you for your gift.
Bedankt voor je cadeau.
gift, present, donation {zn.}
geschenk  [o]
cadeau [o]
gift [v]
schenking [v]
donatie  [v]
Tom brought Mary a gift.
Tom bracht een cadeau voor Mary.
This gift is for you.
Dit is een cadeau voor jou.
to gift, to give, to present {ww.}
geven
schenken

I gift
you gift
we gift

ik geef
jij geeft
wij geven
» meer vervoegingen van geven

I'm not sure whom I should give this present: to the girl or to the boy?
Ik weet niet zeker aan wie ik dit cadeau moet geven: aan het meisje of aan de jongen?
Cows give milk.
Koeien geven melk.
to gift, to give, to present {ww.}
gunnen

I gift
you gift
we gift

ik gun
jij gunt
wij gunnen
» meer vervoegingen van gunnen

gift, giving {zn.}
onaangetast
gift, giving {zn.}
gift [m] (de ~)
gave [m] (de ~)
dotatie [v] (de ~)
schenking [v] (de ~)
donatie [v] (de ~)
gift, giving {zn.}
intact
onbeschadigd
ongeschonden
gaaf
gift, giving {zn.}
natuurtalent [o] (het ~)
endowment, gift, natural endowment, talent {zn.}
premieartikel
endowment, gift, natural endowment, talent {zn.}
talent [o] (het ~)
gave [m] (de ~)
begaafdheid [v] (de ~)
predispositie
aanleg [m] (de ~)
John has a natural talent for tennis.
John heeft een natuurlijk talent voor tennis.


Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

Is this gift Laura's?

Is dit Laura's geschenk?

Tom brought Mary a gift.

Tom bracht een cadeau voor Mary.

This gift is for you.

Dit is een cadeau voor jou.

Thank you for your gift.

Bedankt voor je cadeau.

You have a gift for music.

Je bent muzikaal begaafd.

Thank you very much for your gift.

Heel erg bedankt voor je cadeautje.

Instead of going myself, I sent a gift.

In plaats van zelf te gaan, stuurde ik een geschenk.

That's the most beautiful gift I've ever received.

Dat is het mooiste cadeautje dat ik ooit gekregen heb.

He learned Chinese so fast, everyone says he's very smart, that he really has a gift with languages.

Hij leerde zo snel Chinees, iedereen zegt dat hij zeer slim is, dat hij echt een taalknobbel heeft.


Gerelateerd aan gift

present - donation - give - giving - endowment - natural endowment - talentcater - allow - gift - act - change - whole - article