Vertaling van opzetten

Inhoud:

Nederlands
Engels
opzetten, rechtop zetten {ww.}
to tousle

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will tousle
you will tousle
he/she/it will tousle
» meer vervoegingen van to tousle

opzetten, rijzen, uitdijen, zwellen, opzwellen {ww.}
to swell
to become swollen

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will swell
you will swell
he/she/it will swell
» meer vervoegingen van to swell

opzetten {ww.}
to play

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will play
you will play
he/she/it will play
» meer vervoegingen van to play

opzetten {ww.}
to set up

ik zal opzetten

vullen, opvullen, opzetten {ww.}
to stuff
to upholster
to pad

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will upholster
you will upholster
he/she/it will upholster
» meer vervoegingen van to upholster

opzetten, prepareren {ww.}
to stuff
opzetten {ww.}
to put on
Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.
One has to put on a helmet to protect the head.
ontvouwen, opzetten, uitspreiden, uitvouwen {ww.}
to spread out
ontwerp, opzet (mv. opzetten), plan [o], plattegrond {zn.}
design 
diagram
plan 
plane 
groundplan
scheme 
opstoken, aanhitsen, aanstoken, ophitsen, opruien, opruiend, opzetten {ww.}
to incite
to instigate
to set off
to stir up

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will incite
you will incite
he/she/it will incite
» meer vervoegingen van to incite

opdoen, opzetten {ww.}
to hat

ik zal opzetten

opzwellen, uitdijen, zwellen, uitzetten, opzetten, gezwollen {ww.}
to tumesce
to tumefy
to swell
to swell up
to intumesce

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will tumefy
you will tumefy
he/she/it will tumefy
» meer vervoegingen van to tumefy

oprichten, opzetten {ww.}
to raise
to lift
to elevate
to get up
to bring up

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will raise
you will raise
he/she/it will raise
» meer vervoegingen van to raise

aanwakkeren, opzetten {ww.}
to increase

ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten

I will increase
you will increase
he/she/it will increase
» meer vervoegingen van to increase

opzet [m] (de ~), opzetje, raamwerk [o] (het ~), kader [o] (het ~) {zn.}
framework
model
theoretical account
moedwil [m] (de ~), opzet (mv. opzetten) [o] (het ~) {zn.}
bitchiness
cattiness
nastiness
spite
spitefulness
bedoeling [v] (de ~), intensie, intentie [v] (de ~), inzicht, opzet (mv. opzetten) [m] (de/het ~), zin [m] (de ~) {zn.}
aim
design
intent
intention
purpose


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.

One has to put on a helmet to protect the head.

Misschien moet jij dan een mondkapje opzetten.

Maybe you should wear a mask.

Zou je eens niet een andere plaat willen opzetten? We luisteren al gedurende twee uren naar deze hier.

Don't you want to put in another disc? We've been listening to this one for two hours.