Vertaling van aanzien
aankijken
aanblikken {ww.}
ik zal aanblikken
jij zult aanblikken
hij/zij/het zal aanblikken
ik zal aanzien
jij zult aanzien
hij/zij/het zal aanzien
» meer vervoegingen van aanzien
aanzien {zn.}
aankijken {ww.}
ik zal aankijken
ik zou aankijken
jij zult aankijken
ik zal aanzien
ik zou aanzien
jij zult aanzien
» meer vervoegingen van aanzien
verslijten {ww.}
ik zal aanzien
jij zult aanzien
hij/zij/het zal aanzien
ik zal aanzien
jij zult aanzien
hij/zij/het zal aanzien
» meer vervoegingen van aanzien
uiterlijk
schijn
aanzien
verschijning
vóórkomen
air
aanblik {zn.}
velen
aanzien
pikken
tolereren
toelaten
dulden {ww.}
ik zal aanzien
ik zou aanzien
jij zult aanzien
ik zal verdragen
ik zou verdragen
jij zult verdragen
» meer vervoegingen van verdragen
uiterlijk
aanzien
aanblik
aanzicht {zn.}
uiterlijk
aanzien
aanblik
aanzicht {zn.}
aanzien {zn.}
Voorbeelden in zinsverband
Al het onbekende wordt als wonderbaar aanzien.
Al het onbekende wordt als wonderbaar aanzien.
Niet opnieuw! Zie hoe die twee elkaar kussen. Ze staan echt in vuur en in vlam voor elkaar. Ik kan dit niet langer aanzien.
Niet opnieuw! Zie hoe die twee elkaar kussen. Ze staan echt in vuur en in vlam voor elkaar. Ik kan dit niet langer aanzien.