Vertaling van behoren

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
behoren, toebehoren, behoren tot {ww.}
behoren
toebehoren
behoren tot {ww.}

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort
» meer vervoegingen van behoren

Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap…
Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap…
behoren {ww.}
behoren {ww.}

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort
» meer vervoegingen van behoren

horen, passen, voegen, behoren, betamen {ww.}
horen
passen
voegen
behoren
betamen {ww.}

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort

ik hoor
jij hoort
hij/zij/het hoort
» meer vervoegingen van horen

Ze horen bij mij.
Ze horen bij mij.
Kun je me horen?
Kun je me horen?
moeten, zullen, horen, behoren, dienen {ww.}
moeten
zullen
horen
behoren
dienen {ww.}

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort

ik moet
jij moet
hij/zij/het moet
» meer vervoegingen van moeten

Ik wil geen klachten horen.
Ik wil geen klachten horen.
We horen je vaak zingen.
We horen je vaak zingen.
horen, behoren {ww.}
horen
behoren {ww.}

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort

ik hoor
jij hoort
hij/zij/het hoort
» meer vervoegingen van horen

Ik kan u nauwelijks horen.
Ik kan u nauwelijks horen.
horen, passen, behoren, aangaan, betamen {ww.}
horen
passen
behoren
aangaan
betamen {ww.}

ik ga aan
jij gaat aan
hij/zij/het gaat aan

ik hoor
jij hoort
hij/zij/het hoort
» meer vervoegingen van horen

horen, behoren, toehoren, toebehoren {ww.}
horen
behoren
toehoren
toebehoren {ww.}

ik behoor
jij behoort
hij/zij/het behoort

ik hoor
jij hoort
hij/zij/het hoort
» meer vervoegingen van horen



Gerelateerd aan behoren

toebehoren - behoren tot - horen - passen - voegen - betamen - moeten - zullen - dienen - aangaan - toehorenbehoren - zijn - zullen