Vertaling van zijn

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
zijn, wezen {ww.}
zijn
wezen {ww.}

ik ben
jij bent
hij/zij/het is

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

Ik ben vandaag bloed wezen geven.
Ik ben vandaag bloed wezen geven.
De oorlog is in wezen voorbij.
De oorlog is in wezen voorbij.
zijn, bestaan [o], existentie {zn.}
zijn
bestaan [o]
existentie {zn.}
Feiten houden niet op te bestaan omdat ze genegeerd zijn.
Feiten houden niet op te bestaan omdat ze genegeerd zijn.
Echte visioenen bestaan niet.
Echte visioenen bestaan niet.
zijn, z'n, zijne {bez. vnw.}
zijn
z'n
zijne {bez. vnw.}
zijn, wezen [o], wezenheid [v] {zn.}
zijn
wezen [o]
wezenheid [v] {zn.}
Zijn schoenen zijn bruin.
Zijn schoenen zijn bruin.
Zijn voorspellingen zijn uitgekomen.
Zijn voorspellingen zijn uitgekomen.
zijn, wezen [o] {zn.}
zijn
wezen [o] {zn.}
Programmeertalen zijn zijn hobby.
Programmeertalen zijn zijn hobby.
zijn, 'r, d'r, z'n, haar, zijne, hare {bez. vnw.}
zijn
'r
d'r
z'n
haar
zijne
hare {bez. vnw.}
zijn {ww.}
zijn {ww.}

ik ben
jij bent
hij/zij/het is

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

Zijn ogen zijn groter dan zijn maag.
Zijn ogen zijn groter dan zijn maag.
Zijn kinderen zijn groot geworden.
Zijn kinderen zijn groot geworden.
zijn, wezen {ww.}
zijn
wezen {ww.}

ik ben
jij bent
hij/zij/het is

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

zijn, uitmaken, vormen {ww.}
zijn
uitmaken
vormen {ww.}

ik maak uit
jij maakt uit
hij/zij/het maakt uit

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

Democratie is de slechtste regeringsvorm, met uitzondering van alle andere vormen die zijn uitgeprobeerd.
Democratie is de slechtste regeringsvorm, met uitzondering van alle andere vormen die zijn uitgeprobeerd.
Tom wil het niet uitmaken met Mary.
Tom wil het niet uitmaken met Mary.
zijn, ophouden, bezighouden, occuperen {ww.}
zijn
ophouden
bezighouden
occuperen {ww.}

ik houd bezig
jij houdt bezig
hij/zij/het houdt bezig

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

Het regende zonder ophouden.
Het regende zonder ophouden.
Laat ons ophouden.
Laat ons ophouden.
zijn {ww.}
zijn {ww.}

ik ben
jij bent
hij/zij/het is

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

zijn {ww.}
zijn {ww.}

ik ben
jij bent
hij/zij/het is

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

zijn {ww.}
zijn {ww.}

ik ben
jij bent
hij/zij/het is

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
» meer vervoegingen van zijn

zijn, bedragen, komen, kosten, maken, worden, belopen {ww.}
zijn
bedragen
komen
kosten
maken
worden
belopen {ww.}

hij/zij/het bedraagt
zij bedragen
ik beloop

hij/zij/het is
zij zijn
ik ben
» meer vervoegingen van zijn

haar, hun, zijn, heur, z'n, 'r, d'r {bez. vnw.}
haar
hun
zijn
heur
z'n
'r
d'r {bez. vnw.}
pozen, toeven, vertoeven, verwijlen, zijn, zitten, bevinden, wezen, ophouden, verkeren, uithangen {ww.}
pozen
toeven
vertoeven
verwijlen
zijn
zitten
bevinden
wezen
ophouden
verkeren
uithangen {ww.}

ik bevind
jij bevindt
hij/zij/het bevindt

ik poos
jij poost
hij/zij/het poost
» meer vervoegingen van pozen



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Zijn schoenen zijn bruin.

Zijn schoenen zijn bruin.

Zijn voorspellingen zijn uitgekomen.

Zijn voorspellingen zijn uitgekomen.

Programmeertalen zijn zijn hobby.

Programmeertalen zijn zijn hobby.

Zijn ogen zijn groter dan zijn maag.

Zijn ogen zijn groter dan zijn maag.

Zijn kinderen zijn groot geworden.

Zijn kinderen zijn groot geworden.

Zijn beide ouders zijn dood.

Zijn beide ouders zijn dood.

Zijn beelden zijn erg beroemd.

Zijn beelden zijn erg beroemd.

Zijn beide grootvaders zijn dood.

Zijn beide grootvaders zijn dood.

Zowel zijn vader als moeder zijn gestorven.

Zowel zijn vader als moeder zijn gestorven.

Zijn jullie voor of tegen zijn idee?

Zijn jullie voor of tegen zijn idee?

Zijn toestand had erger kunnen zijn.

Zijn toestand had erger kunnen zijn.

Wie zijn neus schendt, schendt zijn aangezicht.

Wie zijn neus schendt, schendt zijn aangezicht.

Zijn vader schijnt advokaat te zijn.

Zijn vader schijnt advokaat te zijn.

Zijn ideeën zijn moeilijk te begrijpen.

Zijn ideeën zijn moeilijk te begrijpen.

Tien jaar zijn verstreken sinds zijn dood.

Tien jaar zijn verstreken sinds zijn dood.


Gerelateerd aan zijn

wezen - bestaan - existentie - z'n - zijne - wezenheid - 'r - d'r - haar - hare - uitmaken - vormen - ophouden - bezighouden - occuperenpasseren - zijn - handelen - zitten - behelzen