Vertaling van vreten

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
vreten {ww.}
vreten {ww.}

ik vreet
jij vreet
hij/zij/het vreet

ik vreet
jij vreet
hij/zij/het vreet
» meer vervoegingen van vreten

vreten {ww.}
vreten {ww.}

ik vreet
jij vreet
hij/zij/het vreet

ik vreet
jij vreet
hij/zij/het vreet
» meer vervoegingen van vreten

vreten {ww.}
vreten {ww.}

ik vreet
jij vreet
hij/zij/het vreet

ik vreet
jij vreet
hij/zij/het vreet
» meer vervoegingen van vreten

eten, gebruiken, nuttigen, vreten, bikken {ww.}
eten
gebruiken
nuttigen
vreten
bikken {ww.}

ik bik
jij bikt
hij/zij/het bikt

ik eet
jij eet
hij/zij/het eet
» meer vervoegingen van eten

Taiwanees eten is milder dan Indiaas eten.
Taiwanees eten is milder dan Indiaas eten.
Mensen eten geen mensen.
Mensen eten geen mensen.
drukken, beklemmen, knellen, knagen, vreten, nijpen, benauwen, beknellen {ww.}
drukken
beklemmen
knellen
knagen
vreten
nijpen
benauwen
beknellen {ww.}

ik beklem
jij beklemt
hij/zij/het beklemt

ik druk
jij drukt
hij/zij/het drukt
» meer vervoegingen van drukken

Woorden drukken gedachten uit.
Woorden drukken gedachten uit.
Help mij dit te drukken.
Help mij dit te drukken.
nemen, aanvaarden, accepteren, slikken, pikken, vreten {ww.}
nemen
aanvaarden
accepteren
slikken
pikken
vreten {ww.}

ik aanvaard
jij aanvaardt
hij/zij/het aanvaardt

ik neem
jij neemt
hij/zij/het neemt
» meer vervoegingen van nemen

We accepteren cheques.
We accepteren cheques.
Vergeet me niet op te pikken om zes uur morgenochtend.
Vergeet me niet op te pikken om zes uur morgenochtend.
voer [o] (het ~), foerage [v] (de ~), vreten [o] (het ~), voeder {zn.}
voer [o] (het ~)
foerage [v] (de ~)
vreten [o] (het ~)
voeder {zn.}
Voer geen wilde dieren.
Voer geen wilde dieren.
Het schip voer de Amerikaanse vlag.
Het schip voer de Amerikaanse vlag.
eten [o] (het ~), kost [m] (de ~), voedsel [o] (het ~), spijs [m] (de ~), voeding [v] (de ~), vreten [o] (het ~), etenswaar [m] (de ~), eetwaar {zn.}
eten [o] (het ~)
kost [m] (de ~)
voedsel [o] (het ~)
spijs [m] (de ~)
voeding [v] (de ~)
vreten [o] (het ~)
etenswaar [m] (de ~)
eetwaar {zn.}
Afwisseling is prettig", "Verandering van spijs doet eten
Afwisseling is prettig", "Verandering van spijs doet eten
Hoeveel kost een kamer?
Hoeveel kost een kamer?


Gerelateerd aan vreten

eten - gebruiken - nuttigen - bikken - drukken - beklemmen - knellen - knagen - nijpen - benauwen - beknellen - nemen - aanvaarden - accepteren - slikkenmaaltijden - veroorzaken - laten - voedsel - materie