Vertaling van to expect

Inhoud:

Engels
Nederlands
to anticipate, to think ahead, to expect {ww.}
vooruitlopen op
prejudiciëren
vooruitlopen
anticiperen

I expect
you expect
we expect

ik prejudicieer
jij prejudicieert
wij prejudiciëren
» meer vervoegingen van prejudiciëren

to wait, to expect, to await {ww.}
wachten
verwachten 
te wachten staan

I expect
you expect
we expect

ik wacht
jij wacht
wij wachten
» meer vervoegingen van wachten

The work can wait.
Het werk kan wachten.
I can only wait.
Ik kan alleen maar wachten.
to foresee, to envisage, to envision, to expect, to project {ww.}
bedacht zijn op
verwachten 
vooruitzien
voorzien

I expect
you expect
we expect

ik verwacht
jij verwacht
wij verwachten
» meer vervoegingen van verwachten

to ask, to expect, to require {ww.}
verwachten

I expect
you expect
we expect

ik verwacht
jij verwacht
wij verwachten
» meer vervoegingen van verwachten

One can't expect everything from schools.
Je kan niet alles van de scholen verwachten.
You can't expect me to always think of everything!
Je kunt niet van me verwachten dat ik altijd overal aan denk!
to anticipate, to expect {ww.}
voorvoelen

I expect
you expect
we expect

ik voorvoel
jij voorvoelt
wij voorvoelen
» meer vervoegingen van voorvoelen

to await, to expect, to look, to wait {ww.}
antichambreren

I expect
you expect
we expect

ik antichambreer
jij antichambreert
wij antichambreren
» meer vervoegingen van antichambreren

to anticipate, to expect {ww.}
vooruitlopen
anticiperen

I expect
you expect
we expect

ik loop vooruit
jij loopt vooruit
wij lopen vooruit
» meer vervoegingen van vooruitlopen

to await, to expect, to look, to wait {ww.}
vlassen

I expect
you expect
we expect

ik vlas
jij vlast
wij vlassen
» meer vervoegingen van vlassen

to await, to expect, to look, to wait {ww.}
wachten
verwachten

I expect
you expect
we expect

ik wacht
jij wacht
wij wachten
» meer vervoegingen van wachten

Did Tom ask us to wait?
Vroeg Tom ons te wachten?
We have to wait for him.
We moeten op hem wachten.
to anticipate, to expect {ww.}
vooruitlopen

I expect
you expect
we expect

ik loop vooruit
jij loopt vooruit
wij lopen vooruit
» meer vervoegingen van vooruitlopen

to await, to expect, to look, to wait {ww.}
inwachten

I expect
you expect
we expect

ik wacht in
jij wacht in
wij wachten in
» meer vervoegingen van inwachten

to await, to expect, to look, to wait {ww.}
opwachten
verbeiden

I expect
you expect
we expect

ik wacht op
jij wacht op
wij wachten op
» meer vervoegingen van opwachten



Gerelateerd aan to expect

anticipate - think ahead - expect - wait - await - foresee - envisage - envision - project - ask - require - lookassume - demand - cognise - wait - cerebrate - act - hanker - bank - lead - hold back