Vertaling van aanpassen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
aanpassen, accommoderen {ww.}
aanpassen
accommoderen {ww.}

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen
» meer vervoegingen van aanpassen

Hij kon zich niet aan nieuwe omstandigheden aanpassen.
Hij kon zich niet aan nieuwe omstandigheden aanpassen.
aanpassen, aanbrengen, conformeren, adapteren, accommoderen {ww.}
aanpassen
aanbrengen
conformeren
adapteren
accommoderen {ww.}

ik zal aanbrengen
jij zult aanbrengen
hij/zij/het zal aanbrengen

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen
» meer vervoegingen van aanpassen

aanpassen, rijmen, in overeenstemming brengen, afstemmen {ww.}
aanpassen
rijmen
in overeenstemming brengen
afstemmen {ww.}

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen
» meer vervoegingen van aanpassen

passen, aanpassen {ww.}
passen
aanpassen {ww.}

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

ik zal passen
jij zult passen
hij/zij/het zal passen
» meer vervoegingen van passen

Tom wil dit passen.
Tom wil dit passen.
Deze schoenen passen niet.
Deze schoenen passen niet.
voegen, aanpassen, zich schikken, zich aanpassen, plooien, assimileren, richten, schikken, accommoderen {ww.}
voegen
aanpassen
zich schikken
zich aanpassen
plooien
assimileren
richten
schikken
accommoderen {ww.}

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

ik zal voegen
jij zult voegen
hij/zij/het zal voegen
» meer vervoegingen van voegen

Ik heb niets toe te voegen.
Ik heb niets toe te voegen.
Tom vroeg Maria geen suiker toe te voegen.
Tom vroeg Maria geen suiker toe te voegen.
passen, proberen, uitproberen, aanpassen, toetsen, beproeven {ww.}
passen
proberen
uitproberen
aanpassen
toetsen
beproeven {ww.}

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

ik zal passen
jij zult passen
hij/zij/het zal passen
» meer vervoegingen van passen

Een nieuwe auto uitproberen
Een nieuwe auto uitproberen
Laat ons iets proberen.
Laat ons iets proberen.
passen, aanpassen {ww.}
passen
aanpassen {ww.}

ik zal aanpassen
jij zult aanpassen
hij/zij/het zal aanpassen

ik zal passen
jij zult passen
hij/zij/het zal passen
» meer vervoegingen van passen

Mag ik deze jurk passen?
Mag ik deze jurk passen?
Mag ik het eens passen?
Mag ik het eens passen?