Vertaling van like...
gelijkend
gelijksoortig
gelijkvormig
soortgelijk
commensurabel
concordant
conform
overeenkomstig
gelijkaardig
parallel
soortgelijk
vergelijkbaar
verwant
analoog
overeenkomend
vergenoegen
tevredenstellen
goeddunken
Voorbeelden in zinsverband
Like father, like son.
De appel valt niet ver van de boom.
Like breeds like.
De appel valt niet ver van de boom.
Some people like baseball, others like soccer.
Sommige mensen houden van honkbal, anderen van voetbal.
I would like shoes like that.
Ik zou graag zulke schoenen willen.
Sit wherever you like.
Gaat u maar zitten waar u maar wilt.
You like elephants.
Je hebt graag olifanten.
I like to walk.
Ik loop graag.
I like short hair.
Kort haar vind ik leuk.
I like candlelight.
Ik hou van kaarslicht.
Do you like rap?
Vind je rap leuk?
I like traveling.
Ik hou van reizen.
I like foreign languages.
Ik hou van vreemde talen.
I like challenges.
Ik hou van uitdagingen.
I like baclava.
Ik hou van baklava.
Come whenever you'd like.
Kom wanneer het je uitkomt.