Betekenis van:
				
					bedoening					
				
			
            bedoening (de ~ | meervoud bedoeningen)
Zelfstandig naamwoord
- inrichting, meubilering enz.
 
"met de hele bedoening op straat staan"
"een eigen bedoening hebben"
Hyperoniemen
bedoening (de ~)
Zelfstandig naamwoord
- overdreven aandacht; ophef; ophef; irriterend gedrag v.e. ander; gedoe; overbodige drukte; ophef om niets; heisa om niets; gedoe; drukte; overbodige drukte; gedoe; gedoe; herrie
 
"het was een hele bedoening"
Synoniemen
- ophef
 - bombarie
 - drukte
 - gedoe
 - geduvel
 - heisa
 - omhaal
 - poeha
 - poespas
 - poppenkast
 - soesa
 - stennes
 - stennis
 - tamtam
 - omslag
 - gedonder
 - stampei
 
Hyperoniemen
bedoening (de ~)
Zelfstandig naamwoord
- situatie
 
"een drukke/rare/gezellige bedoening"