Vertaling van check

Inhoud:

Engels
Nederlands
check, oversight, scrutiny, verification {zn.}
toezicht
opzicht
verificatie [v]
supervisie  [v]
controle [v]
check-up [m]
to bridle, to check, to restrain, to control, to curb, to inhibit {ww.}
in toom houden
intomen
beteugelen 
betomen
bedwingen 

I check
you check
we check

ik toom in
jij toomt in
wij tomen in
» meer vervoegingen van intomen

to check, to check off, to mark, to mark off, to tick, to tick off {ww.}
afvinken
vinken

I check
you check
we check

ik vink af
jij vinkt af
wij vinken af
» meer vervoegingen van afvinken

to check, to check into, to check out, to check over, to check up on, to go over, to look into, to suss out {ww.}
nalezen
nazien

I check
you check
we check

ik lees na
jij leest na
wij lezen na
» meer vervoegingen van nalezen

to check, to check into, to check out, to check over, to check up on, to go over, to look into, to suss out {ww.}
nakijken

I check
you check
we check

ik kijk na
jij kijkt na
wij kijken na
» meer vervoegingen van nakijken

to check, to contain, to control, to curb, to hold, to hold in, to moderate {ww.}
matigen
modereren

I check
you check
we check

ik matig
jij matigt
wij matigen
» meer vervoegingen van matigen

to check, to check into, to check out, to check over, to check up on, to go over, to look into, to suss out {ww.}
achternazitten
nazitten
zoeken

I check
you check
we check

ik zit achterna
jij zit achterna
wij zitten achterna
» meer vervoegingen van achternazitten

to check, to condition, to discipline, to train {ww.}
disciplineren

I check
you check
we check

ik disciplineer
jij disciplineert
wij disciplineren
» meer vervoegingen van disciplineren

to check, to check into, to check out, to check over, to check up on, to go over, to look into, to suss out {ww.}
checken
natrekken
controleren
nagaan
nalopen
nakijken
nazien

I check
you check
we check

ik check
jij checkt
wij checken
» meer vervoegingen van checken

to check, to check off, to mark, to mark off, to tick, to tick off {ww.}
afchecken

I check
you check
we check

ik check af
jij checkt af
wij checken af
» meer vervoegingen van afchecken

to mark, to check {ww.}
tekenen 
merken 

I check
you check
we check

ik teken
jij tekent
wij tekenen
» meer vervoegingen van tekenen

to audit, to check, to supervise, to verify, to collate, to moderate, to oversee, to review, to examine {ww.}
controleren
toezien
surveilleren
nakijken
checken
aflezen

I check
you check
we check

ik controleer
jij controleert
wij controleren
» meer vervoegingen van controleren

I just wanted to check my email.
Ik wilde net mijn e-mail gaan controleren.
You should check the engine coolant level regularly.
Je moet het niveau van de koelvloeistof in de motor regelmatig controleren.
to check, to contain, to control, to curb, to hold, to hold in, to moderate {ww.}
afremmen
remmen

I check
you check
we check

ik rem af
jij remt af
wij remmen af
» meer vervoegingen van afremmen

chess, check {zn.}
schaak [o]
schaakspel 
We often play chess.
Wij spelen dikwijls schaak.
We often play chess after school.
Na de school spelen we dikwijls schaak.
bill, calculation, account, reckoning, tally, check, calculus {zn.}
rekening  [v]
calculatie 
nota [v]
berekening  [v]
Here is the bill.
Hier is de rekening.
The bill, please.
De rekening, alstublieft.
bridle, check, restraint {zn.}
teugel
toom 
breidel [m]
to break, to check, to crack {ww.}
nameten

I check
you check
we check

ik meet na
jij meet na
wij meten na
» meer vervoegingen van nameten

to ascertain, to assure, to check, to control, to ensure, to insure, to see, to see to it {ww.}
corrigeren

I check
you check
we check

ik corrigeer
jij corrigeert
wij corrigeren
» meer vervoegingen van corrigeren

to ascertain, to assure, to check, to control, to ensure, to insure, to see, to see to it {ww.}
natellen
hertellen
overtellen

I check
you check
we check

ik tel na
jij telt na
wij tellen na
» meer vervoegingen van natellen

to break, to check, to crack {ww.}
bersten
kloven
barsten

I check
you check
we check

ik berst
jij berst
wij bersten
» meer vervoegingen van bersten

to ascertain, to assure, to check, to control, to ensure, to insure, to see, to see to it {ww.}
vergewissen
overtuigen
verzekeren

I check
you check
we check

ik vergewis
jij vergewist
wij vergewissen
» meer vervoegingen van vergewissen

to break, to check, to crack {ww.}
kraken

I check
you check
we check

ik kraak
jij kraakt
wij kraken
» meer vervoegingen van kraken

to arrest, to check, to contain, to hold back, to stop, to turn back {ww.}
keren

I check
you check
we check

ik keer
jij keert
wij keren
» meer vervoegingen van keren

to ascertain, to check, to determine, to find out, to learn, to see, to watch {ww.}
achterhalen

I check
you check
we check

ik achterhaal
jij achterhaalt
wij achterhalen
» meer vervoegingen van achterhalen

to break, to check, to crack {ww.}
splijten

I check
you check
we check

ik splijt
jij splijt
wij splijten
» meer vervoegingen van splijten

to agree, to check, to correspond, to fit, to gibe, to jibe, to match, to tally {ww.}
accorderen
concorderen
sporen
stroken
sluiten
corresponderen
overeenstemmen
rijmen
overeenkomen
congrueren

I check
you check
we check

ik accordeer
jij accordeert
wij accorderen
» meer vervoegingen van accorderen



Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

Let's check it later.

Laten we daar later naar kijken.

The check, please.

De rekening, alstublieft.

May I have the check please.

Mag ik de rekening alstublieft.

How often do you check your email?

Hoe vaak controleer je je e-mail?

I will pay for it by check.

Ik zal dat betalen met een cheque.

I just wanted to check my email.

Ik wilde net mijn e-mail gaan controleren.

I want to pay with a check.

Ik wil met een cheque betalen.

Can we have the check please?

Kunnen we afrekenen?

You should check the engine coolant level regularly.

Je moet het niveau van de koelvloeistof in de motor regelmatig controleren.

The background check and the home inspection are discussed in more detail below.

Het antecedentenonderzoek en de thuiscontrole worden hieronder verder toegelicht.