Vertaling van score

Inhoud:

Engels
Nederlands
to score {ww.}
scoren

I score
you score
we score

ik scoor
jij scoort
wij scoren
» meer vervoegingen van scoren

to score {ww.}
scoren
een doelpunt maken

I score
you score
we score

ik scoor
jij scoort
wij scoren
» meer vervoegingen van scoren

score {zn.}
partituur [v]
score {zn.}
twintigtal
score {zn.}
stand
puntenstand
score 
to catch, to hit, to run across, to strike, to attain, to encounter, to find, to score, to run up against {ww.}
halen
treffen 
teisteren
raken 
inslaan

I score
you score
we score

ik haal
jij haalt
wij halen
» meer vervoegingen van halen

I must catch the first train.
Ik moet de eerste trein halen.
Let's hurry so we can catch the bus.
Laten we opschieten om de bus te halen.
orchestrate, score
orkestreren
to hit, to rack up, to score, to tally {ww.}
inschieten
scoren
scoren

I score
you score
we score

ik schiet in
jij schiet in
wij schieten in
» meer vervoegingen van inschieten

to make, to score, to seduce {ww.}
versieren

I score
you score
we score

ik versier
jij versiert
wij versieren
» meer vervoegingen van versieren

to make, to score, to seduce {ww.}
veroveren

I score
you score
we score

ik verover
jij verovert
wij veroveren
» meer vervoegingen van veroveren

to hit, to rack up, to score, to tally {ww.}
doelpunten

I score
you score
we score

ik doelpunt
jij doelpunt
wij doelpunten
» meer vervoegingen van doelpunten

to mark, to nock, to score {ww.}
turfsteken
turven

I score
you score
we score

ik turf
jij turft
wij turven
» meer vervoegingen van turven

to make, to score, to seduce {ww.}
bekoren

I score
you score
we score

ik bekoor
jij bekoort
wij bekoren
» meer vervoegingen van bekoren



Gerelateerd aan score

catch - hit - run across - strike - attain - encounter - find - run up against - orchestrate - rack up - tally - make - seduce - mark - nockderive - hit - mine - lead on