Vertaling van schoot
boezem {zn.}
dagschoot {zn.}
schoot {zn.}
schieten
in het zaad schieten
zaadschieten {ww.}
hij/zij/het sprong open
zij sprongen open
ik schoot
hij/zij/het schoot
zij schoten
ik schoot
» meer vervoegingen van schieten
zich gooien {ww.}
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
» meer vervoegingen van schieten
schieten
vuren {ww.}
ik pafte
jij pafte
hij/zij/het pafte
ik pafte
jij pafte
hij/zij/het pafte
» meer vervoegingen van paffen
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
» meer vervoegingen van schieten
moederschoot
schoot
baarmoeder {zn.}
schoot
wijkplaats
vluchtplaats
vluchtoord
vluchthaven
schuilplaats
toevluchtsoord {zn.}
schoot {zn.}
schoot {zn.}
poot
groei
telg
rank
schoot
uitloper
spruit
scheut
afzetsel
loot {zn.}
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
» meer vervoegingen van schieten
flitsen
afschieten {ww.}
ik schoot af
jij schoot af
hij/zij/het schoot af
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
» meer vervoegingen van schieten
vuren
schieten
paffen
knallen {ww.}
ik drukte af
jij drukte af
hij/zij/het drukte af
ik drukte af
jij drukte af
hij/zij/het drukte af
» meer vervoegingen van afdrukken
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
» meer vervoegingen van schieten
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
» meer vervoegingen van schieten
uitschieten
schieten {ww.}
ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot
ik liep uit
jij liep uit
hij/zij/het liep uit
» meer vervoegingen van uitlopen