Vertaling van steunen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
steunen, ondersteunen, stutten, schragen {ww.}
steunen
ondersteunen
stutten
schragen {ww.}

ik ondersteun
jij ondersteunt
hij/zij/het ondersteunt

ik steun
jij steunt
hij/zij/het steunt
» meer vervoegingen van steunen

Ik heb het aangedurfd zijn mening te steunen.
Ik heb het aangedurfd zijn mening te steunen.
Het past te steunen op dapperheid/deugd, niet op afkomst
Het past te steunen op dapperheid/deugd, niet op afkomst
steunen, gebaseerd zijn {ww.}
steunen
gebaseerd zijn {ww.}

ik steun
jij steunt
hij/zij/het steunt

ik steun
jij steunt
hij/zij/het steunt
» meer vervoegingen van steunen

steunen, stenen, kreunen, kermen {ww.}
steunen
stenen
kreunen
kermen {ww.}

ik kerm
jij kermt
hij/zij/het kermt

ik steun
jij steunt
hij/zij/het steunt
» meer vervoegingen van steunen

Wie zou dat stenen hart van jou kunnen doen smelten?
Wie zou dat stenen hart van jou kunnen doen smelten?
steunen, ondersteunen
steunen
ondersteunen
dragen, steunen, ondersteunen, schragen, ruggesteunen, schoren {ww.}
dragen
steunen
ondersteunen
schragen
ruggesteunen
schoren {ww.}

ik draag
jij draagt
hij/zij/het draagt

ik draag
jij draagt
hij/zij/het draagt
» meer vervoegingen van dragen

Katten dragen geen halsband.
Katten dragen geen halsband.
Zal ik uw jas dragen?
Zal ik uw jas dragen?
steunen, schragen, schoren, onderstutten, onderschragen, onderschoren, stutten {ww.}
steunen
schragen
schoren
onderstutten
onderschragen
onderschoren
stutten {ww.}

ik onderschoor
jij onderschoort
hij/zij/het onderschoort

ik steun
jij steunt
hij/zij/het steunt
» meer vervoegingen van steunen

steunen, ondersteunen {ww.}
steunen
ondersteunen {ww.}

ik ondersteun
jij ondersteunt
hij/zij/het ondersteunt

ik steun
jij steunt
hij/zij/het steunt
» meer vervoegingen van steunen

Er kleven voor- en nadelen aan allebei je meningen, ik ga dus niet meteen besluiten welke te ondersteunen.
Er kleven voor- en nadelen aan allebei je meningen, ik ga dus niet meteen besluiten welke te ondersteunen.
steunen, stenen, kreunen, zuchten {ww.}
steunen
stenen
kreunen
zuchten {ww.}

ik kreun
jij kreunt
hij/zij/het kreunt

ik steun
jij steunt
hij/zij/het steunt
» meer vervoegingen van steunen

steun (mv. steunen) {zn.}
steun (mv. steunen) {zn.}
steun (mv. steunen), stut {zn.}
steun (mv. steunen)
stut {zn.}
drager [m], leuning [v], steun (mv. steunen), stut {zn.}
drager [m]
leuning [v]
steun (mv. steunen)
stut {zn.}
steun (mv. steunen), stut {zn.}
steun (mv. steunen)
stut {zn.}
bedeling [v], ondersteuning [v], steun (mv. steunen), ruggesteun {zn.}
bedeling [v]
ondersteuning [v]
steun (mv. steunen)
ruggesteun {zn.}
stoelen, berusten, steunen {ww.}
stoelen
berusten
steunen {ww.}

ik berust
jij berust
hij/zij/het berust

ik stoel
jij stoelt
hij/zij/het stoelt
» meer vervoegingen van stoelen

geloven, verlaten, vertrouwen, bouwen, rekenen, steunen, leunen, betrouwen {ww.}
geloven
verlaten
vertrouwen
bouwen
rekenen
steunen
leunen
betrouwen {ww.}

ik betrouw
jij betrouwt
hij/zij/het betrouwt

ik geloof
jij gelooft
hij/zij/het gelooft
» meer vervoegingen van geloven

Eerst zien, dan geloven.
Eerst zien, dan geloven.
Ik kan het moeilijk geloven.
Ik kan het moeilijk geloven.
steun (mv. steunen) [m] (de ~), stut [m] (de ~) {zn.}
steun (mv. steunen) [m] (de ~)
stut [m] (de ~) {zn.}
uitkering [v] (de ~), stempelgeld, steun (mv. steunen) [m] (de ~), vervangingsinkomen, dop [m] (de ~) {zn.}
uitkering [v] (de ~)
stempelgeld
steun (mv. steunen) [m] (de ~)
vervangingsinkomen
dop [m] (de ~) {zn.}
steun (mv. steunen) [m] (de ~), ondersteuning [v] (de ~), support [o] (het ~), bemoediging [v] (de ~), steunpilaar [m] (de ~) {zn.}
steun (mv. steunen) [m] (de ~)
ondersteuning [v] (de ~)
support [o] (het ~)
bemoediging [v] (de ~)
steunpilaar [m] (de ~) {zn.}
steun (mv. steunen), stut {zn.}
steun (mv. steunen)
stut {zn.}
steun (mv. steunen) {zn.}
steun (mv. steunen) {zn.}


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Ik heb het aangedurfd zijn mening te steunen.

Ik heb het aangedurfd zijn mening te steunen.

Het past te steunen op dapperheid/deugd, niet op afkomst

Het past te steunen op dapperheid/deugd, niet op afkomst