Vertaling van regelen
uitschrijven
organiseren {ww.}
ik organiseer
jij organiseert
hij/zij/het organiseert
ik regel
jij regelt
hij/zij/het regelt
» meer vervoegingen van regelen
vereffenen
reguleren
reglementeren {ww.}
ik regel
jij regelt
hij/zij/het regelt
ik regel
jij regelt
hij/zij/het regelt
» meer vervoegingen van regelen
regelen
opruimen
terechtbrengen
schikken
inrichten {ww.}
ik richt in
jij richt in
hij/zij/het richt in
ik ruim
jij ruimt
hij/zij/het ruimt
» meer vervoegingen van ruimen
ik regel
jij regelt
hij/zij/het regelt
ik regel
jij regelt
hij/zij/het regelt
» meer vervoegingen van regelen
arrangeren
ordenen
regelen {ww.}
ik richt aan
jij richt aan
hij/zij/het richt aan
ik richt aan
jij richt aan
hij/zij/het richt aan
» meer vervoegingen van aanrichten
regelen
inrichten
arrangeren {ww.}
ik arrangeer
jij arrangeert
hij/zij/het arrangeert
ik verzorg
jij verzorgt
hij/zij/het verzorgt
» meer vervoegingen van verzorgen
voorzien
regelen
organiseren
ritselen {ww.}
ik organiseer
jij organiseert
hij/zij/het organiseert
ik versier
jij versiert
hij/zij/het versiert
» meer vervoegingen van versieren
Voorbeelden in zinsverband
laat ons de kwestie zonder een derde partij regelen.
laat ons de kwestie zonder een derde partij regelen.
Het maakt me niet uit om in de regelen te wandelen.
Het maakt me niet uit om in de regelen te wandelen.