Betekenis van:
flush
to flush
Werkwoord
- stromen van een rivier etc.
- flow freely
"The garbage flushed down the river"
Hyperoniemen
Hyponiemen
to flush
Werkwoord
- generen; schamen
- turn red, as if in embarrassment or shame
Synoniemen
Hyperoniemen
to flush
Werkwoord
- glow or cause to glow with warm color or light
"the sky flushed with rosy splendor"
Hyperoniemen
flush
Bijvoeglijk naamwoord
- of a surface exactly even with an adjoining one, forming the same plane
"a door flush with the wall"
"the bottom of the window is flush with the floor"
flush
Zelfstandig naamwoord
- rode wangen
- the swift release of a store of affective force
Synoniemen
Hyperoniemen
flush
Zelfstandig naamwoord
- blos van schaamte
- a rosy color (especially in the cheeks) taken as a sign of good health
Synoniemen
Hyperoniemen
flush
Zelfstandig naamwoord
- tijd van ontplooiing; bloeitijd
- the period of greatest prosperity or productivity
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
flush
Zelfstandig naamwoord
- plens, plemp, plomp, plons
- a sudden rapid flow (as of water)
"he heard the flush of a toilet"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
flush
Zelfstandig naamwoord
- sudden reddening of the face (as from embarrassment or guilt or shame or modesty)
Synoniemen
Hyperoniemen
flush
Zelfstandig naamwoord
- bloeiperiode
- the period of greatest prosperity or productivity
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
flush
Bijwoord
- in the same plane
"set it flush with the top of the table"
flush
Bijwoord
- squarely or solidly
"hit him flush in the face"