Vertaling van to return

Inhoud:

Engels
Nederlands
to go back, to return {ww.}
teruggaan
terugkeren 
teruglopen 
terugtrekken
weer gaan

I return
you return
we return

ik ga terug
jij gaat terug
wij gaan terug
» meer vervoegingen van teruggaan

to come back, to return {ww.}
terugkomen
terugkeren 
weeromkomen
wederkomen
wederkeren

I return
you return
we return

ik kom terug
jij komt terug
wij komen terug
» meer vervoegingen van terugkomen

I think he will never come back.
Ik denk dat hij nooit meer zal terugkomen.
You are to stay here until we come back.
Je moet hier blijven totdat we terugkomen.
to give back, to return, to restore, to yield, to render {ww.}
hergeven
reproduceren
teruggeven 
vergelden
weergeven

I return
you return
we return

ik hergeef
jij hergeeft
wij hergeven
» meer vervoegingen van hergeven

to return {ww.}
terugkeren
weeromkomen
terugkomen

I return
you return
we return

ik keer terug
jij keert terug
wij keren terug
» meer vervoegingen van terugkeren

to return {ww.}
terugdoen

I return
you return
we return

ik doe terug
jij doet terug
wij doen terug
» meer vervoegingen van terugdoen

to return {ww.}
keren
teruggaan
terugkeren
inrukken

I return
you return
we return

ik keer
jij keert
wij keren
» meer vervoegingen van keren

It was because he was injured that he decided to return to America.
Het was omdat hij gewond was dat hij besloot terug te keren naar Amerika.
to return {ww.}
teruglopen

I return
you return
we return

ik loop terug
jij loopt terug
wij lopen terug
» meer vervoegingen van teruglopen

to return {ww.}
terugreizen

I return
you return
we return

ik reis terug
jij reist terug
wij reizen terug
» meer vervoegingen van terugreizen

to give back, to refund, to repay, to return {ww.}
terugboeken

I return
you return
we return

ik boek terug
jij boekt terug
wij boeken terug
» meer vervoegingen van terugboeken

to reelect, to return {ww.}
herkiezen

I return
you return
we return

ik herkies
jij herkiest
wij herkiezen
» meer vervoegingen van herkiezen

to come back, to rejoin, to repay, to retort, to return, to riposte {ww.}
teruggeven

I return
you return
we return

ik geef terug
jij geeft terug
wij geven terug
» meer vervoegingen van teruggeven

to render, to return {ww.}
teruggave [m] (de ~)
retributie
teruggaaf

I return

to bring back, to return, to take back {ww.}
terugzenden
retourneren
terugsturen

I return
you return
we return

ik zend terug
jij zendt terug
wij zenden terug
» meer vervoegingen van terugzenden

to come back, to return {ww.}
terugkomen

I return
you return
we return

ik kom terug
jij komt terug
wij komen terug
» meer vervoegingen van terugkomen

to bring back, to return, to take back {ww.}
terugbrengen
terugvoeren
terugbezorgen

I return
you return
we return

ik breng terug
jij brengt terug
wij brengen terug
» meer vervoegingen van terugbrengen

I have to return this book today.
Ik moet dit boek vandaag terugbrengen.
I have to return this book to the library.
Ik moet dit boek naar de bibliotheek terugbrengen.
to come back, to hark back, to recall, to return {ww.}
teruggrijpen

I return
you return
we return

ik grijp terug
jij grijpt terug
wij grijpen terug
» meer vervoegingen van teruggrijpen

to regress, to retrovert, to return, to revert, to turn back {ww.}
terugkomen

I return
you return
we return

ik kom terug
jij komt terug
wij komen terug
» meer vervoegingen van terugkomen

to bring back, to return, to take back {ww.}
terughalen

I return
you return
we return

ik haal terug
jij haalt terug
wij halen terug
» meer vervoegingen van terughalen

to give back, to refund, to repay, to return {ww.}
ristorneren
restorneren

I return
you return
we return

ik ristorneer
jij ristorneert
wij ristorneren
» meer vervoegingen van ristorneren

to generate, to give, to render, to return, to yield {ww.}
geven

I return
you return
we return

ik geef
jij geeft
wij geven
» meer vervoegingen van geven

to come back, to rejoin, to repay, to retort, to return, to riposte {ww.}
teruggeven

I return
you return
we return

ik geef terug
jij geeft terug
wij geven terug
» meer vervoegingen van teruggeven

to give back, to refund, to repay, to return {ww.}
terugstorten

I return
you return
we return

ik stort terug
jij stort terug
wij storten terug
» meer vervoegingen van terugstorten

to come back, to rejoin, to repay, to retort, to return, to riposte {ww.}
teruggeven

I return
you return
we return

ik geef terug
jij geeft terug
wij geven terug
» meer vervoegingen van teruggeven

I will return the book as soon as I can.
Ik zal het boek teruggeven zodra ik kan.
to come back, to rejoin, to repay, to retort, to return, to riposte {ww.}
terugzenden

I return
you return
we return

ik zend terug
jij zendt terug
wij zenden terug
» meer vervoegingen van terugzenden

to come back, to rejoin, to repay, to retort, to return, to riposte {ww.}
pareren
riposteren

I return
you return
we return

ik pareer
jij pareert
wij pareren
» meer vervoegingen van pareren



Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

I have to return this book today.

Ik moet dit boek vandaag terugbrengen.

I have to return this book to the library today.

Ik moet dit boek vandaag terugbrengen naar de bibliotheek.

I have to return this book to the library.

Ik moet dit boek naar de bibliotheek terugbrengen.

It was because he was injured that he decided to return to America.

Het was omdat hij gewond was dat hij besloot terug te keren naar Amerika.


Gerelateerd aan to return

go back - return - come back - give back - restore - yield - render - refund - repay - reelect - rejoin - retort - riposte - bring back - take backarrive - work - react - go - walk - return - jaunt - account - elect - give - motion - direct - appear - bring - apply - abandon - recoup - transfer