Vertaling van haal
ruk {zn.}
trek
teug {zn.}
uithaal {zn.}
klap
peer
opflikker
muilpeer
fleer {zn.}
trek {zn.}
trek
hijs {zn.}
streep
schrab {zn.}
haal
streek
streep
schrap {zn.}
halen
laten komen
ontbieden {ww.}
ik betrek
jij betrekt
hij/zij/het betrekt
ik betrek
jij betrekt
hij/zij/het betrekt
» meer vervoegingen van betrekken
halen {ww.}
ik haal
jij haalt
hij/zij/het haalt
ik slaag
jij slaagt
hij/zij/het slaagt
» meer vervoegingen van slagen
gaan halen {ww.}
ik haal
jij haalt
hij/zij/het haalt
ik haal
jij haalt
hij/zij/het haalt
» meer vervoegingen van halen
inslaan
raken
teisteren
treffen {ww.}
ik haal
jij haalt
hij/zij/het haalt
ik haal
jij haalt
hij/zij/het haalt
» meer vervoegingen van halen
ik haal
jij haalt
hij/zij/het haalt
ik haal
jij haalt
hij/zij/het haalt
» meer vervoegingen van halen
halen
boeken {ww.}
ik behaal
jij behaalt
hij/zij/het behaalt
ik behaal
jij behaalt
hij/zij/het behaalt
» meer vervoegingen van behalen
komen
halen
toekomen {ww.}
ik bereik
jij bereikt
hij/zij/het bereikt
ik bereik
jij bereikt
hij/zij/het bereikt
» meer vervoegingen van bereiken
halen
ophalen
oppikken {ww.}
ik haal af
jij haalt af
hij/zij/het haalt af
ik haal af
jij haalt af
hij/zij/het haalt af
» meer vervoegingen van afhalen
bestellen
halen {ww.}
ik bestel
jij bestelt
hij/zij/het bestelt
ik ontbied
jij ontbiedt
hij/zij/het ontbiedt
» meer vervoegingen van ontbieden
Voorbeelden in zinsverband
Ik haal goede cijfers.
Ik haal goede cijfers.
Haal dat van je hoofd af.
Haal dat van je hoofd af.
Haal je handen van me af!
Haal je handen van me af!
Meneer Gorbatsjov, haal deze muur neer!
Meneer Gorbatsjov, haal deze muur neer!
Haal alsjeblieft uit de kamer hiernaast even een stoel voor me.
Haal alsjeblieft uit de kamer hiernaast even een stoel voor me.
Een dief heeft ingebroken en is aan de haal gegaan met al mijn juwelen.
Een dief heeft ingebroken en is aan de haal gegaan met al mijn juwelen.